175
18 FEBRUARI 1974
over de full-time kracht. In de verschillende geproduceerde no
ta's is zowel van full-time als van part-time krachten sprake.
Wij hebben getracht na te gaan hoeveel werktijd nodig is voor
het vervullen van deze functie. Wij zijn tot de conclusie ge
komen dat niet elk opbouw orgaan een volledige secretaris nodig
heeft en wij zijn van mening dat voor de drie bestaande orga
nen één full-time kracht voldoende zal zijn. Men moet deze
secretaris dus niet verwarren met de opbouwwerkers zelf. De op
bouwwerkers doen het werk volgens de opbouw methodieken, de
secretaris is bedoeld ter assistentie van de wijkopbouw organen,
voor secretariaatswerk, het afhandelen van telefoongesprekken,
het schrijven van brieven e.d. Mocht er een tijd komen waarin
het aantal opbouw organen zich uitbreidt dan zal er ook in een
uitgebreidere secretariaatsfunctie moeten worden voorzien.
De heer Gielen vraagt wat wij doen als er morgen een nieuw
orgaan op de stoep staat. U hebt gezien dat wij in onze begroting
een bedrag van 30.000,-- hebben geraamd; dat is het vorig jaar
ontstaan op het moment dat wij de begroting moesten samenstellen
en nog niet wisten wat een redelijk bedrag zou zijn om een wijk
opbouw orgaan te kunnen laten functioneren. Wij hadden toen voor
de drie organen een bedrag van respectievelijk 10. 000,-- in ons
hoofd en zo is het bedrag van 30. 000,-- op de begroting ge
komen. Nadien hebben wij calculaties gemaakt in samenwerking
met de opbouw organen en met de Stichting Buurt- en Wijkopbouw-
werk en op grond daarvan is de subsidieregeling tot stand gekomen.
Naar onze mening is het bedrag van 30.000,-- voldoende voor
het functioneren van deze organen in 1974. Wij hebben in de nota
gezegd dat wij ieder jaar opnieuw zullen moeten bezien welk be
drag wij als gemeente voor deze organen over hebben. Waar het nu
om gaat is eigenlijk het tot stand brengen van een subsidieregeling.
Hoeveel mensen daar gebruik van kunnen maken zullen wij ieder
jaar bij de begroting moeten bepalen. Ik kan u wel zeggen dat het
bedrag dat nu is geraamd volgens de subsidieregeling betrekking
heeft op 64.000 mensen, dat is ruim de helft van de gehele be
volking» Het is dus niet zo dat, als er morgen iemand op de stoep
staat, wij hem meteen geld kunnen geven; eerst zal bekeken moeten
worden of het een orgaan in wording betreft en wat het voorstelt.
Er zal een moment komen waarop wij moeten besluiten of een or
gaan al of niet voor subsidie in aanmerking komt, maar een orgaan
kan alleen maar voor subsidie in aanmerking komen als er geld
voor is.
Komt er één centraal punt of kan er gebruik worden gemaakt van
ruimten in gemeenschapshuizen? Naar mijn opvatting zou het laat
ste overwogen kunnen worden. De man staat ten dienste van de
wijkopbouw organen en hij zou moeten werken waar die wijkopbouw-
organen hun verenigingspunt hebben» Als het dus om één man voor
drie organen gaat zal het waarschijnlijk een reizende figuur worden.
Het is niet de bedoeling dat er één centraal punt voor het wijkop
bouw werk komt, de wijkopbouw organen zullen van lieverlee toch
in de wijken zelf moeten komen.
De vierde opmerking van de heer Gielen hreld in dat het om
een eerste aanzet ging, maar ik ben toch blij dat wij op dit mo
ment zo ver zijn dat wij die eerste aanzet kunnen geven. Hierbij
zou ik het in eerste instantie willen laten.