184 28 FEBRUARI 1974 voorzitter van de gemeenteraad; hij luidt als volgt; "Het preadvies van burgemeester en wethouders inzake het rap port "Hoge Vucht", bijlage nr. 64, vermeldt dat uw college dit voorstel doet overeenkomstig de adviezen van de commissies ruimtelijke ordening, openbare werken, maatschappelijke dienst verlening, jeugd en sport en onderwijs. In de discussie in de frac tie hierover heeft volgens de mening van de fractieleden die de vergadering van de commissies hebben bijgewoond de advisering als volgt plaatsgevonden: ruimtelijke ordening en openbare werken; meerderheid positief; jeugd en sport: voldoende leden aanwezig, twee positief, twee negatief; maatschappelijke dienstverlening en onderwijs: niet voldoende leden aanwezig, wel voldoende met plaatsvervangers, twee positief, twee negatief (voor beide com missies). Wij zouden u willen vragen ons vóór donderdag te laten weten hoe de advisering van de commissies door u geïnterpreteerd kan worden als "instemmend". Met vriendelijke groeten, namens de PAK-fractie, (w. g, mevr. M, L. A. Paulussen). In dit verband moge ik opmerken dat dezer dagen een overzicht moet zijn verstrekt van de stemverhoudingen die zich hebben voorge daan in de gecombineerde commissievergadering, waarin exact is te zien wat er is gebeurd in de verschillende commissies. Er zijn inderdaad commissies, die zich, zoals mevrouw Paulussen vermeldt, bij meerder heid van stemmen akkoord hebben verklaard. Met betrekking tot de pun ten a, b en c die aan de orde zijn gesteld is in sommige commissies ver deeldheid geweest: er was over deze punten vrij veel verschil van in zicht. Al met al moet mijns inziens worden vastgesteld dat in enkele commissies de stemmen hebben gestaakt en in andere commissies een meerderheid vóór heeft gestemd, zodat tot een volledige instemming van alle commissies vooraf niet dient te worden geconcludeerd. Ik neem aan dat men door dit overzicht voldoende uitsluitsel heeft gekregen en nu dus exact weet hoe de commissies geoordeeld hebben. Zoals gebruikelijk zullen wij dit agendapunt in twee termijnen behandelen. De heer VAN LOON: Sinds half december 1973 hebben wij een uitgebreide en gedegen studie over de leefbaarheid in de Hoge Vucht, een sedert 1963 nieuwe, snel ontwikkelde stadswijk van allure. "Was een dergelijk uitvoerig, veel rijd en geld vergend onderzoek wel nodig?" zo zullen wellicht sommigen zich afvragen. De gezamenlijke fracties van K, V. P. en P. C. G. menen van wel. Een goede bestudering van dit uitgebreide rapport, waarin bovendien veel cijfermateriaal is verwerkt, vraagt zeer veel tijd. Het is welbestede tijd geweest. Er is een belang rijk stuk werk verricht, verwoord in uitstekende informatie over de woon- en leefsituatie in deze nieuwe, snel ontwikkelde woonwijk. Aan allen die aan dit onderzoek en aan het opstellen van deze nota hebben meegewerkt willen wij dan ook graag onze felicitaties doen toekomen. De nota kan onzes inziens de basis zijn voor het in de toekomst te voeren beleid en zij vormt bovendien naar onze mening een eerlijk ant woord aan degenen die oprecht verontrust waren over de woon- en leef situatie in de Hoge Vucht en aan hun ongerustheid op velerlei wijze uiting hebben gegeven. In enkele vergaderingen heeft ook onze fractie met ds wijk- en actiecomité*s over hun verontrusting mogen spreken. Het waren geen gemakkelijke gesprekken, waarvan bij gebrek aan voldoende be trouwbare gegevens te weinig positieve resultaten waren te verwachten.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1974 | | pagina 184