233 7 MAART 1974 nen worden gekoppeld dat per project een vast bedrag aan kapitaalslas- ten uitstaat. Bestuur, In de algemene beschouwingen van 1973 spraken wij de hoop en het vertrouwen uit dat door de omvorming van de raadsafdelin- gen in openbare commissies van advies en bijstand een grote stap op de weg naar meer openheid van bestuur en grotere betrokkenheid van de burgerij bij dat bestuur was gezet. Terugblikkend moeten wij echter constateren dat wel de openbaarheid is gediend, maar dat met betrek king tot de openheid nauwelijks vooruitgang is geboekt en dat de betrok kenheid van de burger bij het bestuurlijk gebeuren niet groter is gewor den. Democratisering van het bestuur, In de boodschap was dit één van de hoofdpunten, maar de resultaten zijn niet spectaculair. Voor hen die dit allemaal eenvoudig vinden, zullen de resultaten zelfs tegenvallen, maar wij zijn van mening dat er toch vorderingen zijn gemaakt. Reeds eerder hebben wij uitvoerig uiteengezet dat dit proces zich uitsluitend geleidelijk kan voltrekken. Elke stap vereist zorgvuldige voorbereiding en n3 elke stap in die richting is opnieuw inspelen op de nieuwe situa tie door alle betrokkenen vereist. Wij menen te mogen stellen dat de prak tijk van de afgelopen jaren ons in het gelijk heeft gesteld. Ik releveer de volgende ontwikkelingen: a. de instelling van enkele functionele adviesraden; b„ de omzetting van de oude raadscommissies in adviescommissies aan het college; c. de instelling van de commissie Algemene Zaken; d. de openbaarheid van de adviescommissies; e„ de uitbreiding van de informatieverstrekking aan belangstellenden, onder andere via het gemeentelijk informatiecentrum; f. diverse ad hoe inspraak- en overlegprocedures, bijvoorbeeld bij re novaties. Wij zouden nog wel enkele andere ontwikkelingen kunnen noemen, maar wij moeten daarbij stellen dat de nieuwe structuren en procedures niet allen en altijd voldoende functioneren en in dit verband zijn bij ons enkele vragen gerezen; 1. Zijn de functionele adviesraden voldoende representatief en hoe is het contact met de achterban? 2. Worden de doelstellingen en de functiestelling van deze adviesraden in het oog gehouden? 3. Moeten wij ons niet afvragen waarom de openbare vergaderingen zo weinig belangstelling trekken? 4. Het functioneren van de adviescommissies voldoet nog niet aan de verwachtingen. Het is met name de vraag of voldoende van eerder betrokken worden bij de beleidsvoorbereiding sprake is. Wij zullen op deze vragen en opmerkingen graag reacties ontvan gen, zodat wij gezamenlijk naar de goede weg kunnen zoeken. Ander zijds bevestigt dit onze stelling, namelijk dat deze veranderingen moe ten worden bevorderd, een zorgvuldige voorbereiding vragen en dat er tevens een evaluatie ten aanzien van het praktisch funktioneren nodig is. Het ontmoedigt ons niet dat er bij een terugblik vraagtekens rijzen, want dit complexe gebeuren zal voortdurend onze aandacht hebben. Wij zullen in positieve zin op de ingeslagen weg verder gaan. De binnenstad. De binnenstad is volop in discussie en dit zal zeker geruime tijd nog zo blijven. Over de resultaten van de gehouden hearings zijn wij niet bijzonder enthousiast. De bedoeling was goed, maar deze kwam niet over. Wellicht was de voorbereiding toch nog onvoldoende en was de problematiek te complex om op deze wijze te kunnen worden

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1974 | | pagina 233