17 JANUARI 1974
23
naar mijn opvatting nog een andere gedragslijn moeten volgen: wij zou
den dan de verzekering moeten opzeggen en vervolgens iedereen die een
claim indient moeten betalen.
De heer AMERICA: Ik protesteer tegen deze wijze van redeneren.'
Wethouder BROEDERS: Ik protesteer eigenlijk ook tegen de wijze
van redeneren van de heer America, hoewel ik misschien een wat scher
pe formulering heb gebruikt. Als wij verzekerd zijn tegen wettelijke aan
sprakelijkheid en wij gaan in een bepaald geval partij kiezen om vervol
gens de schade te betalen, kunnen wij er zeker van zijn dat de gemeen
te niet één maal maar meermalen zal betalen voor dingen waarvoor zij
verzekerd is. Mag ik het zo vertalen? Als ik hiermee wellicht meer de
juiste toon gebruikt heb, zou mij dat plezier doen.
De heer JANSEN: Met belangstelling heb ik geluisterd naar de beto
gen van de heren America en Gielen en naar het antwoord van de wethou
der. Nu blijkt inderdaad dat adviezen zijn gevraagd aan de dienst voor
jeugd en sport. Vanavond hebben wij gehoord dat de heren America en
Gielen zelf op informatie uitgegaan zijn en hebben geconstateerd dat
verscheidene personen verklaringen afleggen waarmee de verstrekte ad
viezen in strijd zijn. De gemeente staat er blijkens een artikel van een
hele pagina in De Telegraaf van zaterdag om bekend dat zij flaters in
het groot slaat en ik vind het angstig als wij nu ook al in het klein be
ginnen.' Over een bedrag van 604, -- wordt nu erg veel tam-tam ge
maakt: er is gezegd dat de gemeente een gerechtelijke procedure moet
aanbevelen, waarbij de betrokkene de kosten wellicht vergoed krijgt.
Uit eerdere brieven van b. en w. meen ik te kunnen opmaken dat zij
op het standpunt staan dat wij in deze tijd zoveel als wij kunnen moeten
bezuinigen en in dat geval ben ik van mening dat wij niet op een ande
re manier moeten proberen veel geld weg te gooien. Op grond van de
informatie die wij hebben gekregen zou ik ervoor willen pleiten de be
trokkene zijn 604, - -te geven en ervoor te zorgen dat dergelijke ge
beurtenissen zich niet meer kunnen voordoen.
De heer FROGER: Graag zou ik de wethouder willen vragen of het
juist is dat, zoals zojuist is opgemerkt, de verlichting na het ongeval is
verbeterd en of van die eventuele verbetering ook opgave aan de verze
kering is gedaan nadat de gemeente al eerder inlichtingen over het on
geval had verstrekt.
De heer GIELEN: De wethouder heeft gesproken over "recht zoeken"
en in dat verband kan ik mededelen dat het in de arm nemen van een
advocaat de betrokkene mogelijk meer zal kosten dan het bedrag van de
gevraagde schadevergoeding. Nu kan men zeggen dat hij de extra-kosten
terugkrijgt van de maatschappij; daaromtrent heb ik vandaag inlichtingen
ingewonnen en mij is gebleken dat de advocaat door de betrokkene --
althans gedeeltelijk -- betaald zal moeten worden. De rechter zal be
palen hoe groot het bedrag is dat hij moet betalen. Wanneer de heer
Koevermans zijn recht gaat zoeken is het waarschijnlijk dat hij aan kos
ten meer moet uitgeven dan de schade die hij nu geleden heeft bedraagt.
Daarnaast moet ik erop wijzen dat de heer Koevermans een dos
sier heeft achtergelaten bij wethouder Mans, waarin hij deze volledig
heeft ingelicht.
De heer AMERICA: Blijkbaar is het nodig dat wij zo lang stil staan