247
7 MAART 1974
van het industriegebied-Haagse Beemden werd aangedrongen? Heeft het
college reeds initiatieven genomen in bijvoorbeeld de richting van gede
puteerde staten en zo ja, met welk effect? Evenals met betrekking tot
het milieubeheer en de reeds door mij genoemde gewestvorming vinden
wij het betreurenswaardig dat er in uw activiteitenplan geen aandacht
aan mogelijke initiatieven tot het bevorderen van werkgelegenheid is
geschonken. Met nadruk willen wij nogmaals uw college de vestiging
van kantoren en administratieve dienstverlenende centra aanbevelen.
Tot slot wil ik ten aanzien van dit onderwerp een passage over
de aanwezigheid van militaire terreinen inlassen. Te veel wordt naar
onze mening de discussie over dit onderwerp in de richting van de bin
nenstadsconceptie getrokken. Kan uw college nadere gegevens inven
tariseren en aan de raad voorleggen met betrekking tot het bestedings
patroon van de militairen in onze stad en de daarmee samenhangende
economische betekenis voor een in aantal niet onbelangrijke groep bur
gers? In de tweede plaats wijs ik in dit verband op het aantal burgerfunc
ties die met de aanwezigheid van deze militaire terreinen in Breda ver
band houden. Kunt u een indicatie geven over het aantal ontslagen dat
voor bewoners van Breda zal volgen als deze terreinen uit Breda zouden
verdwijnen? Ik denk hierbij in het bijzonder aan burger-administratief
personeel, lespersoneel en mogelijke burger-toeleveringsbedrijven.
Deelt uw college onze mening dat deze aspecten tot op heden te weinig
bij de discussies over de aanwezigheid van militaire terreinen in onze
binnenstad aan de orde zijn geweest?
Vervolgens kom ik op de binnenstad zelf. Hoewel de besluitvor
ming omtrent de binnenstad aanstaande is, wil de V,V. D. -fractie ook
bij deze algemene beschouwingen hieraan enige aandacht schenken. Wij
zullen een harmoniemodel tussen de vier in het rapport-Binnenstad ge
presenteerde modellen vaststellen. In brede kring en ook in de kring
van Breda wordt het idee van de city waarin winkels, kantoren en waren
huizen domineren met een ruime toegankelijkheid voor het gemotori
seerd verkeer, verlaten. De waardering voor de oude stad is in korte tijd
sterk toegenomen. Een dreigende verstikking door de bijkans ongelimi
teerde toevloed van automobielen liep daarmee parallel. De waardering
voor de binnenstad beperkt zich niet alleen tot de monumenten, maar
eveneens tot het stratenpatroon, de gevelwanden, het kleinschalige, het
beslotene en verrassende, kortom de sfeer die in de moderne wijken ont
breekt en die velen ertoe brengt weer in de binnenstad te willen wonen,
mits aan redelijke eisen van modern comfort wordt voldaan. De V.V.D.
zal de debatten over de binnenstad tegemoet treden uitgaande van de
sterke wens het wonen te bevorderen en woonhuizen in de schaal van de
binnenstad terug te brengen. Voorts willen wij de modernisering en waar
nodig de uitbreiding van het winkelapparaat bevorderen, zodat de be
hoefte aan concurrerende winkelcentra elders niet wordt opgeroepen. Wij
willen de culturele en recreatieve functie ontwikkelen door onder meer
deze activiteiten en de daarvoor benodigde gebouwen zo veel mogelijk
in de binnenstad te concentreren.
Tot slot wil ik wederom een aspect van de saneringscommissie be
lichten, dat onzerzijds weinig waardering kan oogsten, namelijk de mo
numentenzorg. 1975 is het monumentenjaar en onze aandacht beperkt
zich niet tot grote restauraties, want de gemeente heeft juist een dank
bare taak in het stimuleren van woonhuisrestauraties. Breda heeft zojuist
enig financieel soulaas uit de pot-Verfijning Binnenstadscentra ontvan
gen en uitgerekend nu gaat uw college aan de gemeentelijke bijdrage
voor restauraties sleutelen hetgeen voor ons niet acceptabel is. Wat zal
Breda in het monumentenjaar 1975 en volgende jaren doen teneinde het