271
7 MAART 1974
maar verwijzen naar de regeling zoals die thans functioneert en ik wil
hierbij nog de opmerking maken dat hierbij juist voor Breda de invloed
van de raadsleden in verhouding tot andere gewesten wel bijzonder groot
is. In het dagelijks bestuur hebben twee leden uit de gemeenteraden zit
ting benevens 21 gemeenteraadsleden in de regioraad en dit betekent
naar mijn mening nogal wat.
In de tweede plaats wil ik stellen dat het invoeren van directe
verkiezingen, welk vraagstuk ook door u vanavond is ingebracht, voor
de gewestbesturen op dit moment geen oplossing kan betekenen. Wij zul
len zeker moeten wachten tot het moment waarop hierover van de zij
de van de provincie maar vooral van rijkszijde klaarheid bestaat.
Wat de gewestvorming betreft mag ik u nog zeggen dat zeker in
ons gebied alles van de bereidheid tot samenwerking afhankelijk is. Die
bereidheid moet een zo optimaal mogelijke inhoud hebben. Anderzijds
moet hierbij -- tenslotte is de gewestvorming hierop gebaseerd -- ern
stig met de wensen en de belangen van de gemeenten rekening worden
gehouden; uiteraard geldt dit ook voor de financiële situatie.
Door de heren Jansen en Sandberg is over de politie gesproken en
misschien wordt daarop bij de hoofdstukken nog teruggekomen, maar ik
wil daarbij nu reeds enkele korte kanttekeningen maken. Het Bredase
politiecorps is momenteel op de maximaal toegestane sterkte van 237
mensen. De commissaris van politie en ik zijn van oordeel dat aan re
delijke eisen die kunnen worden gesteld kan worden voldaan. In het jaar
1973 hebben in Breda 4.400 misdrijven en 3.200 verkeersovertredingen
plaatsgevonden, terwijl er 33, 000 proces-verbalen zijn opgemaakt. Dit
is natuurlijk een bijzonder omvangrijk takenpakket. Ik meen dat met
name het oplossingspercentage in deze stad bijzonder hoog is. Het is
natuurlijk niet hoog genoeg, maar relatief gezien is het, ook in verge
lijking tot andere jaren, geklommen. Het beleid van de politie moet er
ook sterk op gericht zijn -- naar mijn gevoel wordt daarover in de com
missie Openbare Orde zeer constructief overleg gepleegd -- misdrijven
en rechtsschennis te voorkomen. Ik meen dat de Bredase politie ook de
instelling heeft dit waar mogelijk te doen. Thans wil ik over de politie
niet veel meer zeggen, want wellicht kan daarop een volgende keer wor
den teruggekomen, waartoe de uitgebrachte nota die de instemming van
de commissie van Openbare Orde heeft gekregen vermoedelijk aanlei
ding zal geven.
Wethouder BROEDERS: Naar aanleiding van de algemene beschou
wingen wil ik mijn reacties geven, waarbij ik namen etc. in een aan
tal gevallen maar zal vergeten. Ik zal trachten de punten, die aan de
orde zijn geweest, zo goed mogelijk te behandelen.
Het is bijzonder prettig dat de nieuwe methode in het algemeen
positief door de raad wordt gewaardeerd. Daar zijn onder andere door
de heren Van Duijl, Crul en Van Os kanttekeningen bij geplaatst die
wijzen op mogelijke nadelige ontwikkelingen en eventuele verbeterin
gen van de methode. Wij hebben van meet af aan gesteld dat dit na
tuurlijk niet het einde van alle wijsheid is, dat wij met kinderziekten
te maken zullen krijgen en dat het steeds nodig zal zijn de methodiek
en de werkwijze opnieuw te bezien. Het college is daar graag toe be
reid en voor zover door de raad of door de commissie financiën positie
ve suggesties worden ingebracht is het college genegen daarmee reke
ning te houden.
Wij kunnen wel zeggen dat wij nu al bezig zijn met de opzet van
de begroting 1975, waarbij de huidige methodiek wordt voortgezet met
inschakeling van commissies etc. Wij streven ernaar deze methodiek