8 MAART 1974 328 Wethouder VAN GRAAFEILAND; Ik meende dat ik een gat had gevonden, maar dit blijkt niet zo te zijn. De heer QUADEKKER: Dan zijn het inderdaad bekwame runderen.' Wethouder VAN GRAAFEILAND: Misschien is het mogelijk dat wij daarover bij de eerstvolgende commissievergadering nog eens van gedach ten wisselen. Op deze vragen kan ik nu verder geen concreet antwoord geven. De kleine investeringen die voor de gebruikers van groot belang zouden kunnen zijn, kunnen eveneens beter in de commissie aan de or de komen. De heer VAN DEN WIJNGAARD: Ik zal over dit punt met de wet houder in de commissie nog wel van gedachten wisselen. De discussie wordt gesloten, b. woningbedrijf A. De heer CRUL: Reeds sinds 1970 verzoekt de PAK-fractie het col lege het aanleggen van centrale verwarming in gemeentewoningen en het aanbrengen daarvan in de woningen van de woningbouwverenigingen te stimuleren. Hieromtrent kan echter nog niet veel voortgang worden bespeurd, Wij zijn er ons van bewust dat deze investering natuurlijk huur- verhogend zal werken, maar wij menen dat het woongenot dat daardoor wordt bereikt die huurverhoging wel zal rechtvaardigen. Het vorig jaar is er een bepaalde toezegging gedaan, maar ik kan mij niet goed meer herinneren wat er toen precies is toegezegd. Wellicht kan het college nu concreter toezeggen dat het deze kwestie zal onderzoeken en in over leg met de betrokken bewoners en de woningbouwverenigingen met een initiatief in de raad terugkomt. Wethouder VAN DUN: Ik kan mij ook niet precies herinneren wat er het vorig jaar van onze kant is gezegd, maar ik meen dat de situatie nog dezelfde is. Het is dikwijls de vraag of het aanleggen van centrale verwarming uit technisch oogpunt bezien mogelijk is. Bovendien zou dit dikwijls tot een zodanige huurverhoging leiden dat dit door de bewo ners meestal niet interessant wordt gevonden. Om die reden wordt hier mee dan ook met zo veel voortgang gemaakt. Bij één complex hebben wij wellicht een kans van slagen, maar wij plegen daarover nog overleg met de bewoners. Veel verstandigs kunnen wij daarover nog niet zeggen, maar uiteraard zult u hier meer van zien als de desbetreffende raads voorstellen worden voorgelegd. De heer CRUL: Wij zien dit toch in een enigszins breder verband en ik meen ook dat de wethouder een vorige maal daarop ook in die zin met betrekking tot de renovatie is ingegaan. Een groot aantal woningen in Breda heeft nog geen centrale verwarming en deze woningen zijn in het bezit van de gemeente Breda en van de woningbouwverenigingen. Het lijkt ons goed dat er eens op een breder vlak met inschakeling van de bewoners en de woningbouwverenigingen een onderzoek wordt ge pleegd. De heer VAN DUIJL: Ik moet in dit geval de gedachte die de heer Crul op tafel legt onderschrijven. Mijnerzijds zijn reeds in verband met het aanleggen van centrale verwarming in woningen opmerkingen ge-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1974 | | pagina 328