338 8 MAART 1974 twee jaar op basis van de prijs van 35. 000. 000, -- ongeveer 2, -- per inwoner meer zal betekenen; de mogelijkheid is echter niet uitge sloten -- dit kan eigenlijk met zekerheid worden gezegd -- dat de hef fing door de gemeente Breda na enkele jaren geringer is dan die van het waterschap. De heer Kroon heeft gevraagd wat G, S„ nu zullen gaan doen. Ik ben het met de heer Kroon eens dat G. S. indertijd de raadsbesluiten van Breda hebben goedgekeurd en dat zij willens en wetens het standpunt van onze gemeente hebben onderschreven, maar op dit moment doen zij niets, want zij komen pas in het geweer als de besluitvormingsprocessen hebben plaatsgevonden en tot op heden is noch in de gemeente Breda noch in het waterschap iets besloten. Als wij tot een besluit zijn geko men, ligt er een taak van gedeputeerde staten. De heer QUA DEKKER; De wethouder heeft dus gezegd dat het vrij wel zeker is dat de heffing door Breda na enige jaren geringer zal zijn? Ik meen dat dit de besluitvorming van de raad aanzienlijk zou vereen voudigen. De VOORZITTER; Overigens is dit nu niet aan de orde, maar te zijner tijd zal daarover alle informatie worden gegeven. Wethouder VAN DUN; Als de heer Quadekker een zinsnede van mij wil onderlijnen moet hij dat wel goed doen. Ik heb namelijk niet ge zegd dat het dan goedkoper is, maar dat dit zo zou kunnen zijn. De heer QUADEKKER; Het was naar uw mening wel bijna zeker. Wethouder VAN DUN; Het is inderdaad mogelijk. De VOORZITTER: De heren moeten dit in de pauze verder maar uitvechten. De discussie wordt gesloten. Hierna wordt gedurende enkele ogenblikken gepauzeerd. De VOORZITTER: Ik heropen de beraadslagingen. Ik kan u me dedelen dat punt k, commissie schooladvies- en begeleidingsdienst, bij hoofdstuk VIII -- Onderwijs -- aan de orde zal worden gesteld. g. beplantingen. De heer QUADEKKER; Het is voor het eerst sinds zestien begro tingsbehandelingen dat het college als eerste een compliment aan de dienst van beplantingen geeft; dit is namelijk door wethouder Van Dun gedaan. Onze fracties sluiten zich hierbij graag aan en ik kan u zeggen dat wij bijzonder content zijn over de wijze waarop Breda er door de zorg van deze dienst uitziet. In Noord geschiedt dit in samenwerking met de B. S. W.ondanks de besnoeiing van het budget. Er blijft echter nog één vraag over. Het woord "eigentijds" is door wethouder Van Dun zo eigentijds geworden dat het niemand meer opvalt, maar als nieuw woord kan ook "wildgroei" worden aangemerkt dat in alle fasen en op alle fronten terugkomt. Ik zal in het komende jaar niet graag vernemen dat Breda inderdaad geen gebrek aan groen heeft, aangezien het zelfs tussen de straatstenen groeit. De wildgroei

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1974 | | pagina 338