17 JANUARI 1974
33
De heer FROGER: "In het huis van de gehangene spreekt men niet
graag over de strop". Toen wij indertijd het voorstel inzake Casema aan
namen en er slechts drie raadsleden tegenstemden, heeft het geachte raads
lid de heer Kramer aan mijn adres gezegd dat hij niet begreep waarom ik
tegen overheidsprojecten van deze aard was. Daarover hoef ik natuurlijk
nu niets meer te vertellen, want mijn standpunt van destijds zal ook de
heer Kramer duidelijk geworden zijn.'
Veel akeliger vind ik dat ik inmiddels heb ontdekt dat -- zoals één
van de hoofdfunctionarissen van Casema mij vertelde --de beroemde ver
plichting tot aansluiting op het net met het recht gedurende vijf jaar een
eigen antenne te behouden die destijds is ingesteld, volstrekt niet van Ca
sema afkomstig was maar uitsluitend te danken was aan de visie die bij
het gemeentebestuur bestond. Nu wij een steeds hoger kostenniveau be
reiken, vraag ik mij af of niet het ogenblik is gekomen om de aansluit-
plicht te schrappen, zodat de mensen die met minder
De heer ROOZEBOOM: Op die manier wordt het alleen maar duur
der.'
De heer FROGER: Voor de anderen wel, maar zij hebben nog vijf
jaar de tijd om hun antenne misschien te handhaven
De heer QUADEKKER: Verkopen aan jullie.'
De heer FROGER: Nee, want wat hebben wij aan oud roest.'
en goedkoop te blijven kijken. Ik zou het zeer op prijs stellen als
dit punt nog eens werd bezien. Toen destijds het hierop betrekking heb
bende voorstel werd aangenomen, is naar ik meen voor de fractie van
de V. V. D. de kwestie van de aansluitplicht een zeer belangrijk punt
geweest. Ik heb toen een fantastisch goed betoog gehoord van het raads
lid Taks, die meende dat er zelfs geen rechtsgrond voor aanwezig was.
Wat let ons echter voordat daarover gevochten zou moeten worden de
aansluitplicht nu reeds te herzien? Men kan zeggen dat een beslissing
hierover tot dat tijdstip wordt opgeschort maar besturen is vooruitzien,
zodat ik het college zou willen verzoeken na te gaan of het desbetref
fende artikel zou kunnen worden gewijzigd.
De heer JANSEN: Mijns inziens krijgen wij nu de rekening gepre
senteerd van het contract dat wij met Casema hebben gesloten. Bij de
behandeling van dit contract in de raadsvergadering is herhaaldelijk ge
sproken over artikel 11, waarin wordt bepaald dat Casema in overleg
met de gemeente haar tarieven vaststelt. Hier hebben wij dan het eer
ste voorbeeld: wij kunnen er in feite niets aan doen als de partijen het
niet eens worden. Alle risico's die aan de begroting verbonden waren
kunnen niet op Casema worden afgewenteld, doch zullen ten laste ko
men van de gebruiker. Noch in het voorstel, noch in de commissie is
enige garantie gegeven dat het bedrag niet op korte termijn opnieuw
verhoogd moet worden. Zeer kort nadat het project van start is gegaan
krijgen wij al te maken met een forse verhoging.
Ik heb het zeer moeilijk gevonden mijn standpunt te bepalen, om
dat ik eigenlijk tegen zou willen stemmen maar voor zou móéten stem
men aangezien er geen alternatief is. De verhoging zou immers ongeacht
de mening van de raad toch doorgaan, zodat de kosten in ieder geval af
gewenteld zouden worden op de gebruiker. In eerdere voorstellen werd
opgemerkt dat een bezetting van 70°Jo wenselijk was, terwijl later spra
ke was van een gewenste bezetting van 90°jo, waarbij evenwel de situa-