349
8 MAART 1974
ting Jeugd- en Jongerencentrum houdt zich op dit moment met de op
richting van een open jongerencentrum bezig en ambtenaren van de dienst
van Jeugd en Jongeren participeren in het overleg daarover. Als de resul
taten bekend zijn zullen wij verder overleg plegen waarna mogelijk een
besluitvorming zal volgen.
Ten aanzien van de gemeenschapshuizen mag ik u naar de daar
voor in de begroting gereserveerde bedragen verwijzen. Wat betreft Breda-
Noord -- de Wisselaar -- is op halfjaar-basis een bedrag van 25.000,—
gereserveerd om tot de bouw van een permanent gemeenschapshuis al
daar te komen.
De heer Mensen heeft over de functionele raden zonder ambtelijk
secretaris gesproken. Ik meen dat hij inmiddels heeft begrepen dat het
overleg waarvoor hij heeft gepleit door het college is toegezegd. Het is
in het geheel geen situatie waarbij het pistool op de borst wordt gehou
den. Wij gaan met de functionele raden over de wenselijkheid of on
wenselijkheid van het functioneren van ambtelijk secretarissen spreken
voordat daarover een uiteindelijke beslissing wordt genomen. Wel is het
goed te bedenken dat twee functionele raden, namelijk de Sportstichting
en de Jeugdadviesraad, in een schrijven aan het college hebben mede
gedeeld dat naar hun mening de ambtelijk secretaris niet aan de com
missie mag worden onttrokken. De StAR functioneert momenteel zoals
wordt voorgesteld en de Culturele Raad heeft in een schrijven aan het
college bericht dat hij het op die basis zelf een jaar wil proberen. Het
zal van goed bestuur getuigen als wij de argumentatie van de zijde van
de adviesraden ten opzichte van de argumentatie van de kant van het
college wegen, waarna wij aan de hand daarvan in overleg een beslis
sing kunnen nemen.
De opmerkingen van de heer Sandberg over N. A. C. kan ik onder
schrijven, dit geldt zeker voor hetgeen hij over het afstralend effect van
de passieve recreatie heeft gezegd. Hij bedoelde daarmee dat deze wel
licht tot actieve sportbeoefening kan leiden. Het voetballen wil hij lie
ver aan N.A.C. overlaten, maar zelfs dat gaat nog niet zo best, zodat
de situatie wel wat problematisch is.
Gisteren heb ik misschien wat badinerend over het onderhoud van
de sportvelden gesproken. Het verhaal dat ik daarover heb gehouden zou
wellicht niet op die wijze door een deskundige zijn gepresenteerd, maar
er zitten toch duidelijk elementen van waarheid in. Op dit moment zijn
mij geen klachten van de zijde van de sportverenigingen bekend. Bij uw
opmerkingen heb ik even in de richting van de heer Tossings gekeken en
hij heeft kenbaar gemaakt dat er inderdaad geen klachten bekend zijn.
Ik kan mij echter voorstellen dat u bezorgd bent, zeker gezien de situa
tie die het vorig jaar ontstond. Wij zullen daaraan dan ook zoveel mo
gelijk aandacht besteden.
De heer Van Banning heeft opmerkingen gemaakt over de relatie
tussen N.A.C. en de "kostelozen". Deze kwestie hoort in de eerste plaats
in de portefeuille van de heer Van Dun thuis. Het lijkt mij goed uw op
merkingen en suggesties nader ter sprake te brengen. Ik zal deze dan
doorspelen naar mijn collega ter linkerzijde.
Thans kom ik dan op Het Ei. De heer Sandberg heeft nadrukkelijk
gevraagd of wij kunnen verzekeren dat het zwembad-Noord per 1 janua
ri 1975 kan worden geopend, maar ik kan die verzekering niet geven. In
de eerste plaats is de bouw van het bad dan nog gaande en wij gaan er
van uit dat het per 1 mei 1975 gereed zal zijn. Overigens kan ik over
de datum van 1 mei 1975 ook geen zekerheid geven, maar dit is de streef
datum die door D. A.C. W. wordt verlangd. Ik voorzie wel dat een dis
cussie over Het Ei het gevaar van een "nietes-welles"-spelletje in zich