411 14 MAART 1974 sloopprogramma, een programma waarvan wij denken dat het mogelijk heden inhoudt voor activiteiten, die in 1974 aan bod komen. Ik moet u echter op voorhand zeggen --en daar mag u mij aan houden -- dat ik niet zie dat het gehele programma kan worden afgewerkt, maar wij moe ten er wel toe in staat zijn als wij daartoe geroepen worden. Ik voorzie dat dit programma ook dit jaar niet geheel zal worden afgewerkt en dat het bedrag niet ten volle besteed gaat worden, maar nu zegt mevrouw Van Nes dat de huizen onder de benen van de bewoners worden wegge- sloopt. Dat is helemaal niet het geval; het is namelijk pas interessant om te gaan slopen als wij heel concreet weten dat op bepaalde terreinen iets metterdaad gaat gebeuren en dan willen wij daar ook toe in staat zijn. Als wij dan op grond van die optiek, van machtiging aan het college en van financieel in staat stellen, de wetenschap hebben dat wij wel paraat moeten zijn maar dat wij op bepaalde gebieden theoretisch redeneren en dat zeker niet het gehele bedrag opgesoupeerd en alle activiteiten gerea liseerd zullen worden dan is er een aantal concrete vragen. De vraag van mevrouw Van Nes; is er overleg geweest met het wijkcomité Gerardus Ma- jella over de bouwsels die er staan? Natuurlijk is er overleg geweest, dat weet de raad en dat weet ook de raadscommissie. Er is overeenstemming met het wijkcomité Gerardus Majella over het slopen van 250-270 pan den en dat weet men. De enige discussie bij Gerardus Majella gaat over de vraag of 70 van de 330 huizen kunnen worden gerenoveerd. Over de rest zijn wij het eens met de bewoners van de Gerardus Majellawijk dat de huizen gesloopt gaan worden en dat ter plaatse in de wijk nieuwe hui zen gebouwd gaan worden. Dat heeft u in de krant gelezen en dat heb ik u daarna maandelijks in de commissie openbare werken verteld. Vervolgens de kwestie van de Vughtstraat en de brouwerij. Op voor hand moet ik u zeggen -- en ik meen dat dit al eens is gezegd -- dat wij in de Vughtstraat een aantal onbewoonbaar verklaarde woningen hebben, waarin de brouwerij interesse heeft. De onderhandelingen zijn gaande, voorlopig vindt de brouwerij de prijs die wij vragen -- misschien terecht -- te noog en zolang wij geen overeenkomst hebben bereikt met de brou werij wordt ter plaatse niets gesloopt. Pas op het moment dat uw raad be sluit grond aan de brouwerij te verkopen -- dit komt allemaal terug in de raad -- moeten wij gelden hebben om conform de bedoeling ter plaat se huizen te slopen, maar het is geenszins aan dit college deze huizen te slopen wanneer zij niet gevaarlijk zijn en wanneer zij onder welk re gime ook kunnen dienen voor bewoning. Er worden geen woningen gesloopt voordat er overeenstemming is met de brouwerij en voordat uw raad een gerede aanleiding heeft om sloop goed te keuren. Dit is er aan de hand in de Vughtstraat en het is echt niet zo dat, als u vandaag dit krediet goed keurt, de woningen morgen worden gesloopt. Voor de Beyerd-Vlaszak-Kloosterlaan geldt ongeveer hetzelfde. Wat zit er in dit sloopkrediet? In dit sloopkrediet zitten panden die gesloopt gaan worden op basis van drie mogelijkheden; ofwel op grond van een ge vaarlijke bouwkundige toestand, ofwel op basis van door uw raad reeds goedgekeurde plannen ofwel wanneer wij voorzien dat wij met derden tot overeenkomsten komen waardoor wij verplicht worden te slopen. Als wij het punt Beyerd-Vlaszak-Kloosterlaan bezien moet ik u zeggen dat de Kloosterlaan geen punt is. Daar staat een aantal versleten panden, die al gedeeltelijk zijn dichtgespijkerd. Op het moment dat de huidige bewo ners op een fatsoenlijke manier zijn overgeplaatst worden de panden ge sloopt op basis van het feit, dat er niets meer aan te doen is. Wat de Pas- baan betreft weet u dat wij met de kwestie van de superstore te maken hebben, waar het college nog geen ultimatieve beslissing over heeft ge nomen. Ik heb u dat ook bij de algemene beschouwingen verteld. Op het

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1974 | | pagina 411