469
18 APRIL 1974
ventil, maar ik zou er op willen wijzen dat zij van groot belang zijn voor
het vervoer van de personen die nog mobiel zijn en die nog behoefte heb
ben aan andersoortige woonruimte dan een bejaardentehuis. Ik vind dit
een groot goed en ik meen dat wij rekening moeten houden met de steeds
groter wordende groep van dergelijke bejaarden.
Mevrouw Willems heeft de zaken helemaal omgedraaid. Zij heeft
niet over een duiventil gesoroken maar over jonge kinderen. Jonge kin
deren kunnen natuurlijk ook niet alleen in de lift. In ieder geval wil ik
duidelijk vaststellen dat ik bedoeld heb te zeggen dat de woningen die
nu zullen worden gebouwd voldoen aan de eisen die er in deze tijd aan
moeten worden gesteld en bovendien aanvaardbare huurprijzen zullen
hebben. Ik heb een huur van f. 127, -- per maand genoemd; de wethouc
der heeft zojuist ter verduidelijking gezegd dat de basishuur maximaal
137, -- per maand zal zijn. Voor een goed begrip zouden wij in dit
verband de term "kale huur" kunnen gebruiken. De werkelijke huur zal
nog wel vrij veel hoger worden. Ondanks alle kritiek meen ik dat het
een felicitatie waard is dat tot de bouw van deze woningen kan worden
overgegaan. Er is immers nog steeds sprake van een grote woningnood;
zo kunnen de woningwetwoningen niet worden verkocht, omdat nogsteeds
een groot aantal woningzoekenden een beroep op de gemeente doet.
Wethouder VAN DUN; Ik geloof dat het college zich niet moet men
gen in de "prikkels" die mevrouw Van Nes in de richting van de heer Van
Caulil lanceert.
Bij de heer Crul bestaat wellicht een misverstand. Ik heb gesproken
over een voorbereidingsgroep die uit tien personen zou bestaan b. en
w. hebben daar geen bezwaar tegen -- en waarin twee leden van de com
missie voor algemene zaken zitting zouden moeten hebben. De instelling
van deze voorbereidingsgroep is niet door het college geëntameerd,maar
vloeit voort uit een verzoek van de groeperingen in de Hoge Vucht. Zij
hebben daarvoor een soortgelijke argumentatie als de heer Crul. Voor zo
ver ik weet hebben de leden van de commissie voor algemene zaken in
het kader van de vroegere democratiseringscommissie aandacht willen be
steden aan de Galderse Meren, vervolgens aan de binnenstad; uiteindelijk
zijn zij op grond van hen moverende redenen terechtgekomen bij de be
geleiding van de uitvoering van de voornemens die in de Hoge Vucht-
nota zijn uitgesproken. Om deze reden hebben de groeperingen om de
deelname van twee raadsleden verzocht. Daartegen hebben wij geen en
kel bezwaar en het lijkt mij juist een taak van,da commissie voor alge
mene zaken hierop positief of negatief te reageren. Wij hebben besloten
dat dit onderwerp in de eerstvolgende vergadering van de commissie voor
algemene zaken aan de orde zal komen. Het is aan de commissie om
uit te maken in welke vorm zij positief dan wel negatief op het voorstel
wil reageren. Ter voorkoming van misverstanden wijs ik er op dat ik thans
niet spreek over de projectgroep, waarvoor naar ik meen een volkomen
andere procedure zal moeten geiden. Over de projectgroep moet de raad
beslissen, maar op het ogenblik spreek ik over de voorbereidingsgroep die
zorg draagt voor de totstandkoming van de projectgroep.
Terecht heeft de heer Nihot gerefereerd aan het gemaakte voorbe
houd.
Het betoog van mevrouw Van Nes vergt mijns inziens geen lange
beantwoording. Zij gaat akkoord met onze zienswijze met betrekking tot
behandeling van het contract met Wilma in de commissie voor openbare
werken. Mevrouw Van Nes zal daarbij zelf aanwezig zijn, zodat zijkan
bepalen of zij het noodzakelijk blijft vinden in beslotenheid te vergade
ren. Indien zij beslotenheid niet gewenst vindt, zal zij dit in de bedoel-