18 APRIL 1974
476
zin, akkoord gaan.
Zonder hoofdelijke stemming wordt hierna overeenkomstig het
voorstel van burgemeester en wethouders besloten,
De VOORZITTER: Ik schors de vergadering voor een kwartier,
PAUZE,
De VOORZITTER: De vergadering is heropend.
25. bijlage nr. 116
VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VOOR HET
AANWIJZEN VAN DEKKING VAN UITGAVEN TER ZAKE VAN
VOORBEREID INGSKOSTEN VAN NIET - GEREA LISEERDE OBJECTEN
BIJ DE DIENST VOOR JEUGD EN SPORT.
Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt over
eenkomstig dit voorstel besloten.
26. bijlage nr. 117
VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS M. B. T. DE
SAMENSTELLING VAN DE BEGROTING 1975, DE BUDGETTAIRE
CAPACITEIT EN DE BUDGETVERDELING VOOR HET JAAR 1975.
De VOORZITTER: Het woord is aan de heer Van Banning.
De heer VAN BANNING: Ik vraag mij af of het vereiste quorum
aanwezig is.
De VOORZITTER: De presentielijst geeft aan dat er voldoende le
den aanwezig zijn en er kan niet anders dan bij stemming worden vast
gesteld dat het quorum niet aanwezig is. Het woord is aan de heer Van
Banning.
De heer VAN BANNING: Graag zal ik het woord nemen. Eerst moet
ik even kijken waar mijn papieren zijn en vervolgens heb ik enige tijd
nodig om op dreef te komen, want u bent zo bijzonder snel dat ik enigs
zins verrast ben. Ik begrijp dat het uw bedoeling is dat ik dan toch wer
kelijk van wal steek en dat wil ik dan ook graag doen.
Als begin wil ik het uitgangspunt nemen dat het college in het be
gin van het voorstel noemt. B. en w. hebben naar hun zeggen een voor
lopig oordeel over de werkwijze bij de samenstelling van de begroting,
de vaststelling van de budgettaire capaciteit en de verdeling van het bud
get. Ik meen dat wij dit als een voorlopig oordeel kunnen onderschrijven.
De heer VAN DER WERFF: Is dat een fractiestandpunt?
De heer VAN BANNING: Het schijnt de heer Van der Werff te ver
wonderen dat ik ben gemachtigd hier namens mijn fractie het woord te
voeren. De fractie heeft zelfs zóveel vertrouwen in mij, dat men zegt:
"Laat de man maar praten, hij doet het goed, daar hoeven wij niet eens
bij te zijn.'" Natuurlijk spreek ik liever voor een groter gezelschap,maar
dit vertrouwen frappeert mij en ik ben er erg gelukkig mee. Misschien
heeft de heer Van der Werff inmiddels antwoord op zijn vraag gekregen.