523 16 MEI 1974 a. wie is (zijn) de eigenaar (eigenaren) van de bedoelde huizen, b. Welke plannen bestaan er ten aanzien van deze woningen. c. Welke mogelijkheden heeft de gemeente ten aanzien van - het tegengaan van verdere verkrotting. - de toekomstige bestemming. ANTWOORD. In antwoord op Uw schrijven van 22 maart 1974 (vraag ex artikel 40 van het reglement van orde voor de gemeenteraad) delen wij U mede, dat de bebouwing op de hoek Nieuwe Ginnekenstraat/ Marksingel zal worden geamoveerd en dat op dit particulier ter rein een kantoorpand zal worden gebouwd, waarvoor de Westland- Utrecht Projectontwikkelingsmaatschappij inmiddels een bouwver gunning heeft aangevraagd. Een exemplaar van deze brief is ook aan de overige leden van de raad toegezonden. Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig de voorstellen van burgemeester en wethouders besloten. 3. bijlage nr. 165 VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT HET BESCHIKBAARS TELLEN VAN EEN SUBSIDIE AAN DE V. V. N.A.C. OVER HET SEIZOEN 1972-1973 VAN 104. 000,-- EN OVER HET SEIZOEN 1973-1974 VAN 108. 000,--. De VOORZITTER: Zoals u weet is het de bedoeling de vergadering om acht uur te beëindigen. Dit houdt in dat u, zoals te doen ge bruikelijk bij een sportwedstrijd, twee maal drie kwartier de gele genheid krijgt met elkaar te discussiëren. Ik zal, als dat enigszins mogelijk is, geen verlenging toestaan en ik hoop, in tegenstelling tot de gang van zaken bij andere "sportwedstrijden", na twee maal drie kwartier zelf de uitslag te kunnen bepalen. De heer VAN DER WERFF: En niet kapotfluiten! De VOORZITTER: Inderdaad. Dat gebeurt trouwens zelden! De heer BROOIMANS: Op 14 december 1972 heeft de raad be sloten aan N.A.C. een subsidie toe te kennen tot 50% van het geraamde exploitatietekort, met een maximum van 104.000,-- en onder de voorwaarde dat bedrijfsleven en regio de overige 50% zouden bijdragen. Met enige teleurstelling moeten wij nu consta teren dat regio en bedrijfsleven hun taak niet hebben begrepen. Ik breng in herinnering hoe moeilijk het voor de gemeente was gelden te vinden; tot teleurstelling van velen werd de dekking uitsluitend gevonden door roofbouw te plegen op de dienst voor jeugd en sport. Toch ben ik van mening dat wij het N.A.C. niet mogen aandoen dat de klok wordt teruggedraaid. Ik meen dat de door ons gedane toezegging gehandhaafd dient te blijven, zodat ik mij akkoord verklaar met punt a. van het voorstel van burge meester en wethouders.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1974 | | pagina 523