594 20 MEI 1974 In het kader van de geluidshinder heb ik zojuist al over de situe ring en eventuele andere voorzieningen gesproken waarbij ik dacht aan de suggesties die in de commissie van onderwijs ook van de zijde van de heer Van Os zijn gedaan. De heer VAN OS: Dat betekent dan wel dat wij geld te kort zul len komen, waarmee wij van tevoren rekening moeten houden. Wethouder BROEDERS: Het is inderdaad mogelijk dat de raad met een aanvullend krediet wordt geconfronteerd als tot realisering vaneen aarden wal, dubbele ramen of extra begroeiing wordt overgegaan. Dit is evenwel de consequentie van de opstelling van de raad, die ik overi gens waardeer. Ik meen dat uw opstelling zodanig is dat ik reeds nu op uw steun voor een niet al te groot aanvullend krediet -- bij een zeergroot bedrag moet ik uiteraard bij de raad terugkomen -- zal kunnen rekenen. Ik vrees nu moeilijkheden in het college, maar dat zullen wij dan maar afwachten.' De heer Van Os heeft op open en deugdelijk overleg aangedrongen. Onzerzijds is het punt van de presentatie aan de wijk aan de orde gesteld. Als men de schooi op de onderhavige plaats wil realiseren zal naar onze mening met de wijk goed overleg moeten worden gepleegd, hetgeen het schoolbestuur ook heeft toegezegd. Uit informatie is mij vandaag geble ken dat er niet in voldoende mate overleg heeft plaatsgevonden. Wij zul len daarom aan het schoolbestuur geen vriendelijk verzoek richten,maar er sterk op aandringen dat met de wijk op de juiste wijze overleg wordt gepleegd. Hierna wordt zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig de voor stellen 41 en 42 besloten. De VOORZITTER sluit de vergadering om 22. 58 uur. De Druk: B. S. W. - Breda.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1974 | | pagina 594