641
20 JUNI 1974
haalbaar is0 Ook zou men zich kunnen uitspreken over de mogelijkheid
van het brengen van offers op andere plaatsen in de binnenstad terwille
van de opbrengst in geld, waardoor het wonen wel mogelijk zou worden.
Wat is de budgettaire capaciteit van de gemeente op lange duur? Wat
zouden wij jaarlijks in de binnenstad kunnen investeren? Hoe hoog mo
gen en willen wij de gemeentelijke heffingen opvoeren?
Het is zeker gewenst niet alleen over kosten en baten in guldens
maar ook over de sociale kosten en baten na te denken. Men moet niet
vergeten dat ook bij het begrip sociale kosten en baten eerst harde gul
dens nodig zijn om dit facet zinnig te kunnen overwegen.
Vervolgens de vier modellen. Het rapport "De binnenstad in per
spectief" gaat uit van vier modellen; hierbij is getracht de situatie die
bij de keuze van één der vier modellen zou ontstaan extreem weer te
geven. Het is een methode die tegenwoordig naast een aantal andere
methoden wordt gebruikt om te komen tot een integratiemodel, om het
meest gewenste van elk der modellen in dat integratiemodel samen te
brengen. Dit integratiemodel is dan het meest gewenste model waaraan
de toekomstige binnenstad moet voldoen. De in het eerder genoemde
rapport gebezigde vier modellen voldoen op zich geen van allen aan het
ideaalbeeld van de binnenstad. Deze modellen moeten verder worden
aangepast en dit verder aanpassen kan vanuit verschillende invalshoe
ken geschieden. Het is maar net hoe een groepering, een burger tegen
die nieuwe binnenstad aankijkt. Het is goed en gewenst dat onze fractie
deze modellen vanuit onze maatschappijvisie verder uitwerkt; bij nade
re beschouwing van de vier modellen is het dan al gauw duidelijk dat wij
niet één der modellen zullen kiezen maar het naar onze maatschappij
visie beste uit de vier modellen zullen halen en samenvoegen tot een
nieuw model, het integratiemodel. Hierbij zal weging van een aantal
factoren niet achterwege kunnen blijven. De fractie is van mening dat
het indelen in zönes een goed idee is en dat in die verschillende z6nes
één der modellen zou mogen overheersen. Zoals al eerder is opgemerkt
zullen de financiële consequenties mede een rol spelen en zal een keu
ze niet achterwege kunnen blijven t. a. v.a. het maximale investerings
niveau, bijvoorbeeld wonen; b. het maximale rendementsniveau, bijvoor
beeld kantoren en bedrijven; c. minimale afwijkingen van de gekozen
doelstellingen. De fractie acht het van belang te weten wat de uitspraak
van de minister over binnensteden inhoudt als hij zegt; "In de toekomst
zullen miljarden moeten worden geïnvesteerd in de binnensteden".
De verzorgingsfunctie. Dat de verzorging van Breda in het kader
van deze ontwikkeling speciale aandacht krijgt vindt zijn oorzaak in het
feit dat onze fractie de mogelijke vestiging van grootwinkelbedrijven
van grote betekenis acht voor de ontwikkeling van het aangrenzende deel
van de binnenstad. Twee problemen manifesteren zich hierbij;
a. is Breda al overbewinkeld? Zo ja, wat zijn de gevolgen voor de mid
denstand? Zal daaruit wellicht het leegstaan van winkelpanden in de
binnenstad voortvloeien?
b. als wel zodanige vestigingen zouden moeten worden bevorderd, wat
heeft dat voor consequenties ten aanzien van;
1. het consumentengedrag;
2. het aantrekken van nieuwe of het behoud van de bestaande koop
kracht;
3» de verkeersafwikkeling en de parkeergelegenheid?
Ada. Het mag bekend worden verondersteld dat de middenstand een
zeer moeilijke tijd doormaakt. Het saneringsproces is al geruime tijd op
gang en het zijn de marginale bedrijven, bedrijven zonder opvolger,die
financieel niet in staat zijn het gewijzigde consumentengedrag te vol
gen. Zowel het aanwezige grootwinkelbedrijf als een groot deel van de