645
20 JUNI 1974
keersplan Binnenstad gaat komen. Wanneer komt dit? Het kan nu aan
sluiten op deze rapportage. Of het ontmoeten, verzorgen, recreëren of
wat dan ook in de binnenstad centraal staat, er zal toch in ieder geval
een "trek" naar die binnenstad zijn en ik geloof dat de overheid ten aan
zien van het verkeer een regulerende functie moet hebben. Eventueel
kunnen particulieren worden geïnteresseerd in het hierin investerenjik
denk daarbij natuurlijk met name aan de parkeergarages.
Omtrent het hoofdstuk "wonen" zou ik willen opmerken dat dit ge
deeltelijk door economisch sterkere functies is verdreven. Bij andere ge
legenheden is al duidelijk geworden dat wij er voorstanders van zijn die
woonfunctie opnieuw te versterken, met name in sector 2. Een onderzoek
naar categorieën mensen die graag in de binnenstad zouden willen wo
nen lijkt ons in ieder geval znuttig dat wij dit ten sterkste willen be
pleiten. Het is duidelijk dat dit andere categorieën mensen betreft dan
de mensen die in de buitenwijken willen wonen waar zij meer groen en
speelgelegenheden voor de kinderen vinden. Uiteraard is de financiële
haalbaarheid van het wonen in de binnenstad een andere invalshoek;die
factor zal wellicht ook een aantal drempels aan het wonen in de weg
leggen en het lijkt mij zinvol dit zeer uitvoerig te bestuderen voordat
er woningen gebouwd gaan worden. Als men namelijk niet bij benade
ring weet welk soort mensen er gaat wonen kan men de woningen daar
ook niet op afstemmen. In ieder geval zien wij in het versterken van de
woonfunctie en in het versterken van kleine ambachtelijke bedrijfjes een
basis voor een stuk levendigheid in de binnenstad.
Over het voetgangersdomein wil ik niet al te veel zeggen. Ik ge
loof wel dat wij dit niet al te langgerekt moeten maken, het voetgan
gersdomein moet een bepaald verband behouden. Ten aanzien van het
verkeer in het voetgangers domein moeten wij zeggen dat er 's morgens
vóór elf uur bijna geen doorkomen aan is en dat het vrachtverkeer zich
dermate ongedisciplineerd gedraagt dat er wellicht tegen opgetreden
zou moeten worden. Misschien kan in dat verband ook het distributie
centrum weer aan de orde komen; met medewerking van de middenstan
ders in de binnenstad zou het afleveren van goederen in de winkels wat
ordentelijker kunnen gaan geschieden dan op het ogenblik. Moeders met
kinderen durven 's morgens vóór elf uur nauwelijks in de stad te komen.
Ten aanzien van de militaire terreinen wil ik nog een korte opmer
king maken. Het is een vaststaand feit dat deze terreinen in de binnen
stad niet meer de functie van een aantal jaren geleden hebben en vanuit
die visie zal er een nieuwe analyse van de functie van deze terreinen moe
ten worden gemaakt. Indien blijkt dat er een overschot aanwezig is moe
ten wij naar een alternatieve bestemming gaan zoeken. Dan kan inder
daad aan woningen worden gedacht waarbij voorop moet staan dat er in
ieder geval geen eenzijdige bestemming mag worden gerealiseerd. Even
tuele bestemmingen dienen ook een duidelijke relatie met de binnenstad
te hebben, mogelijkerwijs via parkeergarages of een groot park met een
sociaal trefcentrum. Men kan alle kanten uit. In ieder geval moet de
nieuwe bestemming duidelijk een positieve invloed op het functioneren
van de binnenstad hebben en wij moeten ook niet vergeten dat ten aan
zien van de bestaande gebouwen cultuurhistorische overwegingen even
eens een rol spelen.
Ik ga verder niet meer in op mijn aantekeningen over de voetgan
gersoversteekplaats op de kruising Eindstraat-Karnemelkstraat. Daarover
is vanavond en tijdens de hearings al het één en ander gezegd en naar
mijn opvatting moeten wij ons niet verliezen in allerlei details als boomp
jes, stoepjes, verlichting etc. Wij moeten naar de toekomst kijken en
een realiteitsmodel gaan ontwikkelen. Daarbij is het natuurlijk bijzonder
belangrijk welke machtsmiddelen de gemeente heeft om die visie straks