719 22 AUGUSTUS 1974 zou ik ei de nadruk op leggen dat met name voor de bejaarden -- ik wil overigens voor hen geen uitzondering maken -- wonen meer is dan het verblijven in een ruimte en het voorzien in de directe lijfelij ke verzorging. Ook het gebruik van de omgeving van de woning speelt een rol, waarbij ik denk aan allerlei voorzieningen zoals een wasseret te, een telefooncel en een bakker. Deze voorzieningen dienen ook binnen de leefwereld van de bejaarde te liggen. Dit is een belangrijk aspect van het gehele huisvestingsprobleem dat niet of nauwelijks is aangeroerd. Als het gebeurt, gebeurt het in zulke vage termen dat men er alle kanten mee op kan. De nota moet heel duidelijke richtlijnen kunnen geven voor het beleid in de toekomst. Plannen die de raad onder ogen komen, moe ten aan de nota getoetst kunnen worden. Daarvoor is de nota wat vaag. Er is een ruime, misschien te ruime, marge om te oordelen over het welzijn van de bejaarden. Dit geldt in de eerste plaats voor Breda- -noord. Ik heb daarover in de commissievergadering ook al iets ge zegd. In de samenvatting staat op pagina 28 duidelijk dat het reali seren van een verzorgingshuis in Breda noord gezien de bouwruimten mogelijk is. Voorts staat er dat spreiding van de voorzieningen ge wenst is. Ik heb al gezegd dat naar mijn mening juist in noord een te grote ruimtelijke barrière aanwezig is ten opzichte van de reeds bestaande voorzieningen en van de voorzieningen die er in de toekomst wellicht nog zullen komen, om die voorzieningen binnen het leefbereik van de bejaarden te brengen. Gezien in het licht van deze nota vind ik dat een duidelijke handicap voor het plaatsen van een bejaardentehuis te genover het winkelcentrum aan de Doornboslaan. Met deze nota in de hand kunnen wij nu al vaststellen dat dat geen geschikte plaats is. Over de bejaardenhuisvesting in het centrum zegt de nota dat dat aanbevelenswaardig wordt geacht. Wij hebben al eerder gesproken over het feit dat de grondprijzen in het centrum van een zodanige aard zijn dat althans het realiseren van goedkope bejaardenhuisvesting bijzonder moeilijk is. Voor zover mijn informaties strekken zullen er niet veel meer mogelijkheden zijn dan op een terrein in het bestemmingsplan Haagpoort, Ik vind dat wij met het oog op de opmerking dat bejaar denhuisvesting in het centrum van belang is zouden moeten proberen de handicap van de grondprijzen aan te pakken, zodat er wat meer mogelijkheden voor bejaardenhuisvesting in het centrum, waar juist veel voorzieningen zijn, komen. Met betrekking tot Breda noord wil ik nog opmerken dat het de intentie van de raad zal zijn de projectgroep-noord te betrekken bij dit aspect van de leefbaarheid in Breda noord. In een eventueel vervolg op deze nota zou ik graag wat meer aan dacht geschonken willen zien aan de omgeving van de bejaardenhuis- vesting. Wethouder DE RAAFF: Het is zeer de vraag of ik op de vele vragen een adequaat antwoord zal kunnen geven. Mevrouw Paulussen merkte dat al op toen zij vroeg naar de concrete situatie van ideeën voor de Blauwe Kei. Ik heb de betreffende vraag genoteerd en ik zal haar in formeren. Ondanks enkele kritische kanttekeningen, vragen om een vervolg en een verdere uitbreiding meen ik toch te mogen bespeuren dat de leden van de raad over het algemeen met de inhoud van deze nota ak koord kunnen gaan. Het gaat hier overigens om een materie waarover

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1974 | | pagina 719