22 AUGUSTUS 1974 720 wij niet voor het eerst spreken. Besprekingen over dit onderwerp zijn eigenlijk incidenteel begonnen aan de hand van bouwplannen die wer den ingediend, die besprekingen hebben concreter vorm gekregen bij de behandeling van deel één en met deel twee zijn wij nu in een sta dium gekomen dat vaagheden en vraagtekens verdwijnen. Wij komen tot wat meer concrete gegevenheden, uitgangspunten en criteria. De ze criteria zal men altijd met een gevoel voor relativiteit moeten be naderen. Ik heb de indruk dat mevrouw Paulussen de criteria een beet je te absoluut benadert. Zij zegt dat in de nota eigenlijk zou moeten staan dat er in Breda zuid oost geen bejaardenwoningen meer mogen worden gebouwd. Dat is natuurlijk een duidelijke uitspraak, maar zij is wel erg absoluut. Als wordt geprobeerd aan de hand van allerlei cri teria te benaderen of er al dan niec gebouwd moet worden, komt het natuurlijk nooit op één of twee huizen aan. Met deze tweede nota in de hand kan worden beoordeeld of er al dan niet moet worden gebouwd. Het was niet de bedoeling van de projectgroep in de nota concrete ge vallen te gaan behandelen. Het ging om het formuleren van een aantal richtlijnen en criteria op grond van bepaalde uitgangspunten. Dit is ge beurd en het gevolg is dat concrete plannen aan deze nota zullen moe ten worden getoetst. De heer America en mevrouw Paulussen hebben gevraagd of er ook nog een deel 3 aan de nota zal worden toegevoegd. Op dit moment heb ik geen behoefte aan een derde deel. Natuurlijk komen er nog wel concrete adviezen over concrete plannen. Nog dit jaar komt de regering met een tweede nota Bejaardenbeleid, waarin huisvesting en andere as pecten van bejaardenzorg zoals gezondheid en maatschappelijke dienst verlening aan de orde zullen komen. Voor ik u toezeg een deide nota te laten verschijnen wil ik graag de derde nota van de regering afwach ten. Ik voel wel iets voor de gedachte van de heer America toen hij zei dat het eigenlijk geen eindpunt moet zijn. Wij moeten deze nota zien als een soort "mijlpaal" en er zal over deze materie verder ge dacht moeten worden. Als wij van een beleid op het gebied van de bejaardenhuisvesting van lieverlee overgaan naar een totaal bejaarden beleid, zullen wij een andere groep moeten samenstellen dan de hui dige projectgroep bejaardenhuisvesting. Deze projectgroep was samen gesteld met specifieke deskundigen om tot richtlijnen te kunnen komen op het gebied van de huisvesting. Het ligt inderdaad in de bedoeling de suggestie van de huidige projectgroep te volgen en een andeie groep samen te stellen om veider te denken over deze kwesties. Mevrouw jager zou graag zien dat deze nota"s onderwerp van ge sprek zouden uitmaken in bejaardensocièteïten. Op de eerste bladzijde van de tweede nota staat dat wij de nota ruim verspreid hebben, maar dat wij slechts een bedioevende respons hebben gekregen. In totaal heb ben 13 van de 13, 000 bejaarden gereageerd. Ik geloof niet dat een groot aantal bejaarden belangstelling heeft om in een groep over deze nota te spreken. Natuurlijk kunnen wij een proef doen door de nota in enkele sociëteiten aan de orde te stellen. Ik wil hierover graag met de betreffende mensen overleg plegen. De heer Quadekker stelde een technische vraag. Er is sprake van een alarminstallatie en de heer Quadekker zou het voor de veiligheid prettig vinden als er over en weer communicatie mogelijk zou zijn. Hierover zal overleg moeten worden gepleegd met communicatiedes kundigen om te zxen of iets dergelijks kan worden gerealiseerd. Ik kan mij echter voorstellen dat bij een alarminstallatie tweezijdig verkeer

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1974 | | pagina 720