743 22 AUGUSTUS 1974 33. bijlage, nr. 246 VOORSTEL TOT HET INSTEMMEN MET DE DOOR HET CENTRUM VOOR AUTOMATISERING BREDA -TILBURG (C.B. T.) INGEZON DEN WIJZIGINGEN VAN DE BEGROTING 1974 (le, 2e en 3e) EN 1975 (le en 3e). Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt con form de voorstellen onder agendapunten 28 t/m 33 besloten. 34. bijlage nr. 247 PREADVIES VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS OP EEN ADRES VAN DE HEER G. O. BLOM INZAKE DE BEHANDELING VAN EEN VERZOEK OM SCHADEVERGOEDING. De heer BRUMMELKAMP: Ik wil eerst een belangrijk artikel uit de Gemeentewet voorlezen, want het is toch een trieste zaak dat iemand langs deze weg geen vergoeding kan krijgen. De Gemeentewet zegt dat het tot de taak van het dagelijks bestuur hoort te zorgen voor de instand houding, bruikbaarheid, vrijheid en veiligheid van de publieke wegen. Ik ben van mening dat burgemeester en wethouders daar rekening mee moeten houden. Het lijkt mij niettemin juist in dit geval afwijzend op het verzoek te beschikken. De wettelijke vertegenwoordiger van de persoon die scha de heeft geleden behoort inderdaad allereerst naar de verzekeraar van de gemeente te gaan. Als daar een claim wordt afgewezen zal deze wette lijk vertegenwoordiger waarschijnlijk naar de rechter moeten gaan. Tot zover kan ik instemmen met het preadvies. Ik wil evenwel iets dieper op deze kwestie ingaan, omdat de ge meente een morele verantwoordelijkheid draagt voor de afhandeling van dergelijke, zaken door haar verzekeraar, in dit geval Centraal Beheer in Apeldoorn. Ik heb deze zaak bestudeerd en ik kom tot de conclusie dat de gemeente wel aansprakelijk is. De Hoge Raad heeft al eens eerder uitgemaakt dat de gemeente als onderhoudsplichtige aansprakelijk is voor tekortkomingen aan bijvoorbeeld het wegdek. Het arrest dienaan gaande dateert van 1942, In dat geval was in Ferwerderadeel een motor rijder gevallen door een kuil in de weg. Uit het arrest blijkt dat de ge meente in dat geval gehouden was de schade te vergoeden. Jammer ge noeg was die uitspraak niet gebaseerd op artikel 209, In het onderhavige geval gaat het om het volgende. De firma Van Gaal die voor de P. T. T. de sleuven heeft gegraven heeft aan openbare werken netjes meegedeeld dat het werk beëindigd was en dat openbare werken dus een aannemer kon opzoeken voor de bestratingswerkzaamhe den. Later is gebleken dat Voeten en Leppens, een firma die blijkbaar wel meer voor de gemeente werkt, pas na het ongeval met de werkzaam heden begonnen is. Ik wijs hier bovendien op het bestek dat voor derge lijke werken geldt. In het bestek staat dat voor de beveiliging en gelei ding van het verkeer ter plaatse borden, afsluitingen c. a. dienen te wor den geplaatst door en voor rekening van de directie. In dit geval wil dat duidelijk zeggen dat dat door en voor rekening van openbare werken moet gebeuren. Deze bepaling is opgenomen uit de A.V. W. van 1968. Er is een getuigenverklaring van het ongeval. De portier van het gemeentelijk energiebedrijf heeft een getuigenis afgelegd en deze getui genis werpt een ander licht op deze kwestie. De getuigenis is afgelegd op 12 april 1973. Zij luidt.* "Met betrekking tot het ongeval van 22 sep tember 1972 op de Edisonstraat te Breda, waarbij mejuffrouw I. E. C. Blom, woonachtig te Breda, Veurnestraat 22, dusdanig gewond raakte

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1974 | | pagina 743