raadsvergadering d.d. 17 3 KT. 197*1 ONTWERP 26 AUGUSTUS 1974 (Voor de agenda wordt verwezen naar de nota 22 augustus 1974). Beslissing: 749 ïn van deye^gaijerin^van^ Aanwezig: MEVR. W. J3GER-MIDDELBEEK, MlVRv-mr-'BrMrTAN^^^^^"' BRANDS, MEVR. M.L.A. PAULUSSEN, MEVR, J.A.W. VANRQQIL" VAN DEN HEUVEL en MEVR. D.H.J. WILLEM 5-VAN'DOÖRN, alsmede de heren DRS. P.L.E. AMERICA, L.A.M. VAN fösWMifcG^ H, BffiMANS._..-. H. BROEDERS, R. N. BRUMMELKAMP, P.J. vLM rAni q T- j r-dhit DRS. D.J.D. DEES, I.P.A. VAN DUN, C.A. VAN DUIJL, G.J.C.J. EISSENS, F. P.M. FROGER, J. G. W. GEENE, G.H.J. GIELEN, J.P.M. GOOS, J.A. VAN GRAAFEILAND, A.M. JANSEN, A.B. KRAMER, A. KROON, A.C. W. M. MENSEN, L. NIHOT, L. PH. VAN OS, J. H. M. QUADEKKER, A.H. W. M. DE RAAFF, G.A. ROOZEBOOM, JHR. R. G. P. SANDBERG, A. SPANJFR, J.C.A.M, VEELENTURF, E>R0, Y.P.W.-VAN DEILiWEDJiT en J.A. VAN DEN WIJNGAARD. Afwezig met kennisgeving: A.W. VAN LOON, JHR. DRS. F.A, VON SCHMID en J. P.W.A.A.M. TAKS. Voorzitter: de heer ]R, W.J. L. J. MERKX. Secretaris: de heer DR. J.P.A. VAN DEN DAM. De VOORZITTER opent de vergadering met het uitspreken van het gebed waarvan de tekst is opgenomen in artikel 15 van het reglement van orde voor de vergaderingen van de gemeenteraad. De VOORZITTER: Dames en heren. Ik deel u mede dat de heer Taks heeft laten weten dat hij verhinderd is deze vergadering bij te wo nen. Wij zullen nu allereerst de behandeling van het punt betreffende de zandwinning in de Galderse Meren voortzetten. Voortzetting van de behandeling van: 23. bijlage, nr. 236 VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT HET AAN GAAN VAN EEN OVEREENKOMST MET BETREKKING TOT ZANDWIN NING UIT HET GEBIED "GALDERSE MEREN" MET DE B.V. AANNE- MINGSMAATSCHAPPU W. RASENBERG EN ZONEN TE BREDA. De VOORZITTER: Er is een gesprek openbaar gemaakt dat vanmor gen is gevoerd tussen de heer Crul, mevrouw Van Nes en de heer Brum- melkamp en één van onze hoofdambtenaren, de heer Alkemade. Het lijkt mij waarschijnlijk dat u inmiddels een afschrift van dat gesprek heeft ont vangen. Tot nu toe is dit een zeer ongebruikelijke methode. Het lijkt mij onwaarschijnlijk dat is afgesproken dat het gesprek op deze wijze in de openbaarheid zou komen» Ik kan het mij nauwelijks voorstellen. Ik heb dan ook de neiging dit verslag niet in de discussies te betrekken. Wanneer iemand iets over de aan de orde zijnde kwestie wil zeggen uit eigen we tenschap is daar natuurlijk geen bezwaar tegen, maar ik zou het in hoge mate ongewenst vinden als deze formuleringen een belangrijke rol in de discussies zouden spelen. Wethouder VAN DUN; Ik sluit mij graag bij uw opmerkingen over het verslag aan. Het is een goede gewoonte om, als men iets openbaar maakt, zulks met wederzijdse toestemming te doen. Ik heb zojuist van de heer Alkemade vernomen dat dat niet is gebeurd. Ik vind dit dan ook een grove inbreuk op de persoonlijke rechten en fatsoenlijke manieren.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1974 | | pagina 749