3 SEPTEMBER 1974
805
hier spelen P.v.d. A. en P. P. R. niet mee. Dat heeft mij persoonlijk
het meest gestoken, omdat dit in de vorige raad ook al aan de orde is
geweest en er toen duidelijk van discriminatie sprake was. In de com
missie voor de schooladvies- en begeleidingsdienst moet 1 raadslid
worden benoemd en daar komen wij dan natuurlijk niet voor in aan
merking, een situatie die zich ook voordoet bij de bestuurscommissie
sociale werkvoorziening. De N. V. Br. I. M. als laatste. Er kunnen 4
raadsleden worden benoemd, deP. v.d, A. en P. P. R. worden niet ge
noemd.
Ik wil hiermee aantonen, dat er fundamenteel iets mis is als ten
aanzien van dit soort zaken door C.D.A. en V. V. D. op een dergelij
ke wijze wordt gehandeld.
De heer GEENE: Zouden wij er wel aan te pas gekomen zijn, als
de situatie omgekeerd zou zijn geweest?
De heer CRUL: Ik heb dat uitdrukkelijk niet aan de orde willen
stellen. In diverse openbare vergaderingen hebben wij aangegeven
dat, als er een programcollege tot stand zou komen, waaraan werd
deelgenomen door C. D. A.P. v.d.A., P. P. R. en mogelijk toen ook
nog D'66, door ons alles in acht zou worden genomen wat men van
een democratisch bestuur verwacht en dat de V. V. D. een evenredige
vertegenwoordiging vanuit haar programma ook zou kunnen waarma
ken.
Als er geen andere mogelijkheden zijn op dit moment, dan stem
men wij ermee in het ledental van de commissies terug te brengen
tot 3. U hebt gezegd, dat er op een later tijdstip een voorstel kan ko
men, waarmee de situatie kan worden teruggedraaid, waarbij wij als
mogelijkheid blijven zien het weer brengen van het ledental op 7 naar
aanleiding van ons contact met de achterban.
Wat de andere commissies betreft, blijven wij van mening dat er
op grond van de door ons eerder genoemde argumenten sprake is van
een onevenredige vertegenwoordiging. Wij zullen dan ook geen kandi
daten stellen -- tenminste waar het om raadsleden gaat noch voor
de vaste commissies, hetgeen niet mogelijk is omdat het ledental op
3 is teruggebracht, noch voor de bestuurslichamen genoemd onder de
agendapunten 4 tot en met 21. Wij gaan daarover spreken met de ach
terban en wij verwachten van C. D. A. en V. V. D. dat er, nadat wij
dat contact hebben gehad, wel een mogelijkheid tot overleg in het
openbaar zal zijn. Voor de benoeming van de burgers in de bestuurs
lichamen bedoeld onder de agendapunten 4 tot en met 21 zullen wij
normaal aan de stemming deelnemen.
De heer GEENE: Ik verzoek u het voorstel van orde in stemming
te brengen en vervolgens de vergadering opnieuw voor korte tijd te
schorsen, omdat wij voornemens zijn de plaatsen die wij hadden open
gelaten in de vertegenwoordigingen voor Progressief Breda uit onze ge
lederen op te vullen. Er rest ons geen andere mogelijkheid. Wij wen
sen die zaak niet langer op te houden. Er is tijd genoeg geweest voor
overleg. Dat de heer Crul zijn zin niet heeft kunnen krijgen, doet er
weinig toe. Wij hebben hem de kans tot overleg geboden, alleen niet
op de voorwaarden die hij had gesteld.
De heer CRUL: Er is geen enkele reden voor aangegeven noch
door de voorzitter van de raad noch door de heer Geene, waarom dat