12 SEPTEMBER 1974 817 over deze kwestie zou kunnen uitbrengen. Wanneer het nodig is, zou ik daarvoor graag enkele korte argumenten aanvoeren. De VOORZITTER- Het lijkt mij inderdaad wenselijk dat u voor de wenselijkheid van het uitbrengen van preadvies enkele argumenten aan voert, waaibij u zich tot de kwestie van de preadvisering dient te be perken. De heer WELSCHEN: In de eerste plaats menen wij dat de veront rusting over de Kalkar-zaak onder het publiek de laatste tijd sterk groeit. Op 7 september is een congres gehouden en gisteren is in de pers een artikel van een bezinningsgroep verschenen, waaruit blijkt dat de ver ontrusting nogal gefundeerd is. Bovendien blijkt in een aantal gemeen ten een enigszins genuanceerd standpunt te zijn ingenomen ten aanzien van het Kalkar-project en de Kalkar-heffing. Ik zou daarom willen vragen of een beslissing over de opstelling van het bestuur van de stad ten opzichte van weigeraars van betaling van de Kalkar-heffing niet door een zeer breed forum van bestuur --in casu de raad -- zou moe ten worden genomen. Hier zijn personen in het geding, die naar veler mening in dit verband terecht gewetensbezwaren aanvoeren. Het lijkt mij alleen maar plezierig en getuigend van goed bestuur als een zo breed mogelijk bestuurlijk forum zich hierover uitspreekt. De heer DEES: Namens mijn fractie kan ik mededelen dat wij geen behoefte hebben aan dit ordevoorstel van de heer Welschen. De Kalkar kwestie is uitgebreid aan de orde geweest in de Tweede Kamer. Op nationaal niveau is -- mede in internationaal verband -- een beslis sing genomen, waarbij alle argumenten voor en tegen het Kalkar-pro ject aan de orde zijn geweest. Besloten is dat bij de elektriciteitsreke ning een bepaalde toeslag kan worden geheven, waaraan het afgelopen jaar in deze raad uitvoerige aandacht is besteed. Op democratische wijze en met erkenning van alle elementen die in de discussie een rol konden spelen is een besluit genomen; met het oog daarop acht mijn fractie het onjuist dit onderwerp opnieuw aan de orde te stellen. On- zes inziens moet de tariefverordening die de gemeenteraad heeft aan genomen worden uitgevoerd. De VOORZITTER: Dit zijn de argumenten op grond waarvan de heer Dees niet meegaat met het voorstel tot het uitbrengen van een preadvies. De heer GEENE: Wij kunnen de opvattingen van de heer Dees on derschrijven. Ook wij vinden dat deze kwestie voldoende aandacht heeft gekregen en dat de voor- en tegenargumenten voldoende zijn af gewogen. De VOORZITTER Ook van de zijde van het college bestaat geen behoefte aan het uitbrengen van een preadvies. Er is hier uiteraard geen directe Bredase aangelegenheid aan de orde. Op 16 augustus heeft de gemeenteraad in dezen een beslissing genomen en bij die gelegenheid is uitvoerig over dit onderwerp gesproken. B. en w. adviseren de raad dan ook het oorspronkelijke voorstel te volgen. De heer WELSCHEN- Naar ik meen zijn er, nadat de beslissing in de raad was gevallen, toch nog enkele nieuwe elementen ter tafel ge-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1974 | | pagina 817