842 12 SEPTEMBER 1974 de toezegging gedaan dat voor het einde van het jaar en wij schre ven toen 1973 -- het dagelijks bestuur opnieuw met een voorstel zou komen. Dit is niet gebeurd, ik betreur dat en ik zou het college willen vragen of het op dit punt misschien nog enige informatie heeft. Het vraagstuk van de subsidiëring van het betaald voetbal is in Breda sinds 1966, toen NAC voor de eerste maal een subsidieverzoek indiende, vele malen aan de orde geweest. Vorige voorstellen van het college gingen mank aan één kwaal: het waren steeds halve oplossingen. Het thans voorliggende voorstel voorziet enerzijds in een gezond ma ken van de financiële uitgangspositie en anderzijds in een structurele steun. Dit voorstel acht onze fractie doeltreffender. Sinds 1966 ligt de subsidiebal bij tijd en wijle op de witte stip en eerst nu heeft de raad de kans het doelpunt van het jaar te maken. Het zal u duidelijk zijn dat wij hier graag aan mee willen werken. De heer VAN BANNING: Via de voorzitter zou ik willen vragen of de heer Beckers in tweede instantie wil zeggen wat hij bedoelde met zijn opmerking betreffende hetgeen onder meer in het C. D. A. -program ma staat, namelijk de welzijnsbevordering die centraal staat. Wat is namelijk het geval? Ik heb een opvatting die misschien wat afwijkt van de opvatting van de meeste van mijn fractieleden omdat ik de aan gelegenheid vanuit een andere optiek wil benaderen. Deze optiek heeft echter ook wel degelijk met de welzijnsbevordering te maken en in on ze fractie bestaat de ruimte om dergelijke opvattingen in de raad te lanceren. Ik heb op mijn tafel een aantal stukken gevonden, waaronder een accountantsverklaring. De inhoud van die verklaring is bij mij niet ge heel duidelijk overgekomen. Ik zou willen attenderen op de 14 sponsors die gedurende vijf achtereenvolgende jaren -- aanvangende het seizoen 1974-1975 -- aan de Bredase voetbalvereniging NAC bijdragen hebben toegezegd tot een totaalbedrag van 102.160, --. Ik ben een leek in het lezen van dit soort verklaringen en het lijkt mij verstandig dat ver duidelijkt wordt of het bedrag van 102. 160, -- voor vrjf jaren is be doeld. Of wordt hier over een jaarlijks bedrag gesproken? Ik neem aan dat het laatste het geval zal zijn. Met betrekking tot deze verklaring zou ik ook nog graag willen we ten of het aandeel van iedere sponsor afzonderlijk is vastgelegd of dat bij in gebreke blijven de groep als geheel verantwoordelijk moet wor den gesteld. In het laatste geval zou misschien kunnen worden aangege ven welke methodiek moet worden gevolgd, want anders veronderstel ik dat wij in de toekomst in moeilijkheden zouden kunnen komen. De garantieverlening aan NAC bevat vele facetten, waar ik er en kele uit zou willen lichten. Ten eerste heeft NAC een functie in het kader van de recreatie. Ten tweede vraag ik mij af in hoeverre de ver enigingen en organisaties op het gebied van jeugd en sport op evenredi- e wijze aan hun trekken komen. Ten derde -- een punt dat mij altijd ijzonder interesseert -- is het de vraag of de gemeentelijke financiële situatie het toelaat dat subsidie wordt verstrekt en garantie wordt ver leend, Indien dit inderdaad het geval is, tot welke bedragen kan men dan gaan? Over het eerste punt behoeft eigenlijk niet te worden gediscussieerd. Wij hebben van alle sprekers vernomen dat dit het geval is, alhoewel men zich zou kunnen afvragen of men in het kader van de recreatie wel aan het eredivisieschap moet vasthouden. Ik zie in het nader geformu leerde besluit dat het college dit wel doet. Naar mijn opvatting zou het

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1974 | | pagina 842