855 12 SEPTEMBER 1974 toezegging krijgen dat het college bereid is deze gegevens aan de raad te overleggen. Uit het betoog van de wethouder is naar mijn opvatting niet vol doende naar voren gekomen dat de mate waarin garanties worden gege ven en de wijze van subsidiëring binnen het kader van de gemeentelij ke financiën verantwoord zijn. Ik zou daar wellicht anders over denken als wij over een royale portemonnee konden beschikken, maar besef fend dat wij "Het Ei" met zijn 40, 000 bezoekers moeten sluiten omdat er ruimte gecreëerd moet worden en dat het gras tussen de stenen groeit omdat het zo pover met ons gesteld is, kan ik nu al zeggen dat ik af wijzend tegenover het voorstel moet staan. Ik denk daarbij dan ook nog aan het devies van N. O.A.D,Nooit Ophouden, Altijd Doorzetten.Met dat doorzettingsvermogen zullen wij straks echter nog grotere sommen moeten besteden en ik geloof dat ik dat toch moet afkeuren. De VOORZITTER: N.O.A.D. zit niet meer in de eredivisie. De heer VAN BANNING: Neen, maar N, A.C. is onder andere uit een combinatie met N. O, A. D. ontstaan en ik neem aan dat dit devies ten dele toch nog vopr deze club zal gelden. De VOORZITTER: Dat is waar, neemt u mij niet kwalijk. Wethouder VAN GRAAFEILAND: Het moment van betalen door de sponsors zal uiteraard een rol spelen bij het moment, waarop de gemeen te aan haar verplichtingen zal voldoen. Ik wijs er alleen op dat een al te stringente koppeling tussen beide wel eens ongunstige gevolgen voor de gemeente zou kunnen hebben als N.A.C. daardoor bijvoorbeeld in liquiditeitsmoeilijkheden zou komen. Er bestaan kennelijk enorme misverstanden met betrekking tot de degradatiekwestie. Ik heb alleen maar willen zeggen dat de raad mo menteel een besluit neemt op basis van een criterium. Dat criterium is een sluitende exploitatie van N.A.C. en die sluitende begroting is,uit gaande van een eredivisieschap, voor een jaar of vijf bekeken. Daaruit is een taakstellende begroting voor het bestuur voortgevloeid. Nu kan een eventuele degradatie zowel gunstige als ongunstige gevolgen heb ben, maar in het geval dat het ongunstige gevolgen voor bijvoorbeeld het bezoekersaantal heeft -- wat dan financieel vertaald moet worden in minder inkomsten en qua recreatie in een lagere waarde van eerste- divisievoetbal dan van eredivisievoetbal -- ontstaat een nieuwe situa tie die als zodanig moet worden bekeken. Wat dat betreft wil ik niet vooruitlopen op situaties die dan kunnen ontstaan, want naar mijn me ning is het een verplichting van het college op dat moment bij de raad terug te komen, in ogenschouw nemend hoe de situatie voor N.A.C. op dat moment is en wat de consequenties van een eventuele subsidiëring op andere basis zijn. Uit de opmerkingen van de heren Van Banning en Beckers maak ik op dat men kennelijk niet zo zwaar tilt aan voorwaarde a van de in het voorstel opgenomen voorwaarden, namelijk dat het bestuur van N.A.C. een taakstellende begroting indient. Een taakstellende begro ting houdt in dat men zich daar ook aan dient te houden. Dat leidt tot een bepaalde opstelling qua tarieven en ook tot een inpassing van de to tale subsidies in het exploitatietekort. Dat andere activiteiten bij voorbaat niet kunnen worden uitgevoerd omdat 85. 000, -- uit de 2<7o nieuwe activiteiten komt is natuurlijk evident, maar de totale opstelling van de begroting is één groot afwe-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1974 | | pagina 855