21 OKTOBER 1974
966
ter visie hebben gelegen blijkt dat de noodlokalen zodanig zullen woi-
den gebouwd., dat de buitenspeelruimte voor de kleuterschool een sto
rend element voox het basisonderwijs zou kunnen zijn, De mogelijkheid
is niet uitgesloten dat de speelplaats voor de kleuters op een zodanige
wijze zal worden gecreëerd dat 180 leerlingen voortdurend last van de
spelende, kleuters zullen hebben, In de omgeving is echter voldoende
ruimte voot het realiseren van de speelplaats elders, zodat ik de wethou
der wil verzoeken met het schoolbestuur te overleggen waar de speel
plaats voor de kleuterschool het beste zou kunnen worden aangelegd,
De heer KOERTSHUIS: Onze fractie heeft met de inhoud van dit
voorstel geen moeite, maar wél zal ik graag vernemen waai om het niet
op de agenda van de vergadering van de commissie Onderwijs heeft ge
staan.
Wethouder BROEDERS; Dit voorstel is niet m de commissie Onder
wijs behandeld omdat het pas na de vergadering van de commissie ge
reed kwam. De overlegsituatie met de technische dienst, de inspectie
etcetera, heeft ertoe geleid dat het voorstel vóór de commissie verga
dering niet gereed kon zijn, maar gezien de urgentie van de aldaar be
staande situatie -- u hebt daarover het een en ander kunnen lezen --
hebben wij toch gemeend dit voorstel naar de raad te mogen zenden,
In antwoord op de vraag van de heer Gielen moet ik zeggen dat
ik nu niet kan beoordelen of er wat betreft de situering van de speel
plaats nog andere mogelijkheden zijn, maar ik zeg hem graag toe dar.
ik daarover nog met het bureau Onderwijs, de technische dienst en het
schoolbestuur overleg zal plegen.
De heer KOERTSHUIS; Er is voor mij nog wel een vraag overge
bleven want wat betekent nu de datum die op een voorstel staat? Bo
ven het voorstel staat namelijk de datum 18 september 1974, terwijl
de commissievergadering op 23 september heeft plaatsgevonden.
Wethouder BROEDERS; Ik zou daarop geen antwoord kunnen geven.
De heer KOERTSHUIS; Dank u zeer'
De VOORZITTER; Graag gedaan, mijnheer Koertshuis'
Wethouder BROEDERS; De secretaris zal daarop wel een antwoord
kunnen geven,
De VOORZITTER; Soms zijn ambtelijke stukken zeer vroeg gereed.
Zonder hoofdelijke stemming wordt vervolgens overeenkomstig
het voorstel van burgemeester en wethouders besloten,
RONDVRAAG.
De heer CRUL; In de raadsvergadering van 24 november 1972 werd
tijdens de begrotingsbehandeling met algemene stemmen een motie over
de weg Breda-Baarle Nassau aangenomen. In deze motie werd een af
wijzend standpunt tegenover de derde zuidelijke invalsweg ingenomen;
het betreft hier voor Breda de zgn, "omleiding Ulvenhout"Mevrouw
Van Nes heeft hierover op 19 november 1973 vragen gesteld naar aan
leiding van het voorkomen van dit weggedeelte in het urgentieschema