1002
20 NOVEMBER 1975
De VOORZITTER: Aangezien niemand meer het woord ver
langt, zal na de pauze de heer Broeders weer aan het woord zijn.
Graag wil ik nog even de aandacht voor het volgende vragen. Er zijn
inmiddels zes moties ingediend. Voorts is één amendement ingediend
en zijn nog zeven amendementen in het vooruitzicht gesteld. Ik meen
dat deze voorstellen ook in onderling verband moeten kunnen worden
gezien. Bovendien kan ik mij voorstellen dat de raad wel enige ruimte
voor overleg zal willen hebben. Er zijn verscheidene moties, waarover
in de loop van de avond wellicht morgen ook nog over moet worden
gesproken. Daar komt nog bij dat wij niet altijd precies weten waar
een voorstel nu precies bij hoort.
Al met al lijkt het mij allerbeste dat bij gelegenheid van de
besluitvorming in verband met de begroting ook de motie en amende
menten aan de orde komen. Op die manier kan naar ik meen de onder
linge samenhang het beste worden beoordeeld. Mijns inziens kan op
dat ogenblik het beste over moties en amendementen worden beslist.
Aan deze procedure zal ik mij verder houden, zodat de raad er rekening
mee kan houden dat morgen over deze voorstellen, als zij besproken
en beoordeeld zijn, besluiten kunnen vallen.
Thans zullen wij een uur pauzeren. Ik schors de vergadering
(18. 00 uur).
Druk: B. S. W. -Breda.