1012 20 NOVEMBER 1975 (AVOND) sitie dat ik het gebouw niet -- en naar ik hoop ook nooit -- hoef te be zoeken, maar ik voel wel wat het betekent als men er naartoe moet. Tijdens de algemene beschouwingen is al iets gezegd over het grote probleem van de vele gelden, die in het kader van sociale wetgeving rechtvaardig moeten worden verdeeld. De wet is wel waterdicht trouwens, dat kan ook niet anders maar met de toepassing van de wet is het minder goed gesteld. Dat de uitvoering van de wet minder oed verloopt, is niet de schuld van de ambtenaren maar ook vaak van egene die vindt dat hij onder de wet valt. Het bestaan van sociale controleurs bij een sociale wetgeving levert zeer veel problemen op en is eigenlijk een contradictie. Toch ben ik van mening dat moet worden overwogen in dienst te nemen of reads in dienst zijnde personen te be lasten -- laat ik het vervelende woord maar eens gebruiken met het uitoefenen van controle. Ik denk daarbij niet aan controle in de zin van de activiteiten die vroeger met betrekking tot de ziektewet werden ondernomen, toen men de auto drie straten verderop zette om geruis loos bij de zieke te komen en na te gaan of zijn ziekengeld kon worden ingehouden. Een dergelijke vorm van controle bedoel ik niet. Ik doel hier op mensen die er met gezond verstand en met een hart vanuit gaan dat de brutaalsten niet perse de zwaksten zijn. Men dient ervan uit te gaan dat hier gemeenschapsgelden worden uitgegeven, juist voor de genen die het werkelijk nodig hebben. Mijn leermeester Mertens heeft gezegd dat de situatie zijns inziens wel meevalt. Ik neem dat van hem aan, maar als het zo is, moeten wij ervoor zorgen dat het blijft mee vallen en dat het geld komt waar het moet komen. Deze kwestie is psychologisch zeer teer en men kan een verkeerde uitleg geven. Uit eindelijk is het echter de bedoeling degenen die werkelijk in nood zitten te geven wat hun toekomt. Een ander aspect van de sociale dienst is het personeelsbeleid. Als men op dit opgenblik over personeelsbeleid spreekt, is dat overal gevaarlijk. Soms neb ik het idee dat men het personeelsbeleid wel kan afvoeren, omdat er op den duur geen personeel meer is. De personeels aangelegenheden zijn verschrikkelijk moeilijk. Van de mensen wordt het uiterste gevraagd. Bij een bezoek aan de sociale dienst ben ik ge schrokken van de wijze waarop de portier moet worden beveiligd. Van de ambten aren wordt geduld, tact, wijsheid en levenservaring gevraagd. Mensen in materiële en/of geestelijke nood zijn zeer kwetsbaar, zij kunnen in gesprekken de schuld aan systemen geven, zij zijn zeer ge voelig en zij hebben weinig hoop. Waar het dan ook aankomt is ver trouwen op medemenselijkheid. Samen huilen is niet zo moeilijk, maar het is veel moeilijker vanuit een probleem te proberen samen tot lachen en vertrouwen te komen. Ik vraag mij af of er voldoende mensen zijn voor het eerste contact; daarbij denk ik niet aan probleemgevallen waar een psycholoog voor moet komen, maar aan het eerste contact. Mijns inziens zal de sociale dienst een afspiegeling zijn van wat er zich in de maatschappij afspeelt. Beroepsopleidingen zijn er voldoende, "roepingsopleidingen" heel weinig. Met betrekking tot de mensen die bij de dienst met de hulpzoekenden in contact komen wordt wellicht te veel gelet op het behaalde diploma en de genoten opleiding. Of schenkt men ook aandacht aan geduld, tact en levenservaring? Er be staat naar ik meen ook verband met de leeftijd waarop men voor dit werk wordt ingeschakeld.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1975 | | pagina 1012