20 NOVEMBER 1975
(AVOND)
1041
lijk de bedoeling was. Wanneer echter het tijdstip nadert waarop het
bestemmingsplan in werking treedt, ondervindt de situatie in boven
genoemde gevallen meestal een golf van protesten van de omwonenden.
Naar mijn mening worden deze protesten vaak veroorzaakt doordat de
omwonenden het bestemmingsplan niet kennen. Mijn vraag aan het
college is dan ook of het wil onderzoeken of het mogelijk is in de hier
boven geschetste situaties de omwonenden er geregeld over in te lichten
dat het karakter van het betrokken terrein tijdelijk is -- eventueel kan
worden uitgelegd waarom dit het geval is -- en dat de definitieve be
stemming bijvoorbeeld woningbouw of winkelvoorziening is. Wanneer
het college het bovenstaande in praktijk kan brengen, wordt naar ik
meen veel ergenis bij de direct betrokkenen weggenomen.
De Heer SUURMEIJER: Op 28 mei werden door mij aan het
college enkele schriftelijke vragen gesteld naar aanleiding van de ge
dwongen ontruiming van het volkstuinencomplex aan de Emerweg,
waarbij 143 tuinders dreigden te worden gedupeerd. In antwoord op
mijn vragen deelde het college op 10 juli schriftelijk mede dat aan de
getroffen volkstuinders compensatie zou worden geboden in de vorm van
alternatieve tuinen. Het college gaf in zijn brief reeds acht bruikbare
terreinen aan, waarvan inmiddels werd nagegaan in hoeverre deze ter
reinen voor de vestiging van alternatieve complexen in aanmerking
konden komen. Tevens zeiden b. en w. toe dat het complex aan de
Emerweg pas zou moeten worden ontruimd als de nieuwe complexen
zouden worden opgeleverd.
Dit waren mooie beloften waarmee ik op dat ogenblik vrede
kon hebben. Thans zijn wij ongeveer vijf maanden verder en de datum
waarop het Emercomplex dient te worden ontruimd, komt snel nader
bij, zonder dat er enige bekendheid bestaat inzake de datum waarop
de nieuwe complexen door de gemeente aan de getroffen volkstuinders-
vereniging zullen worden overgedragen. Onder de getroffen volks
tuinders begint onrust te ontstaan en ik moet eerlijk bekennen dat ook
ik niet meer in gelijktijdige ontruiming en oplevering geloof. Mijn
vrees wordt mede veroorzaakt door de omstandigheid dat er moeilijk
heden zijn ontstaan met betrekking tot het door het college geplande
complex aan de Middachtenstraat, terwijl de bestemming van dit
complex reeds in het door de raad in de jaren 60 goedgekeurde plan-
IJpelaar vastlag. Tevens wordt mijn vrees veroorzaakt door de brief
van de dienst openbare werken aan het bestuur van de Bredase amateur-
tuindersvereniging van 29 oktober j. 1.waarin werd medegedeeld dat
een bepaald perceel aan de Dr. Batenburglaan was verkocht. In dit
verband zou ik gaarne van het college vernemen of het verkochte ter
rein aan de Dr. Batenburglaan hetzelfde terrein is als het door het col
lege in zijn brief aan mij bedoelde alternatief aan deze laan.
De belangstelling voor het amateur-tuinieren neemt steeds
toe. Alleen al in de wijk IJpelaar zijn 62 gegadigden voor een tuin in
de eigen wijk. Naar mijn mening heeft het beleid van het college ten
aanzien van de volkstuinen tot op dit ogenblik bestaan uit een aantal
ad-hoe-beslissingen. Gaarne verneem ik dan ook de visie van het col
lege op deze tak van actieve recreatie. Hoe staat het college de toe
komst van deze recreatievorm voor ogen? Ik denk hierbij aan een even
wichtige spreiding van complexen om de stad heen, waardoor iedere