1042
20 NOVEMBER 1975
(AVOND)
wijk zo goed mogelijk in haar eigen behoeften voorziet. Een niet te
verwaarlozen gedeelte van de volkstuinders bestaat uit mensen van mid
delbare leeftijd en 65+ers, die niet de beschikking hebben over een
auto. Het zou levensgevaarlijke situaties kunnen veroorzaken als deze
mensen op de fiets met gereedschap de stad zouden moeten doorkruisen
om in hun tuin te komen.
Gedurende de begrotingsbehandeling heb ik al meermalen
negatieve uitlatingen jegens het college van b. en w. gehoord. Ik ben
echter van mening dat het college zijn totale beleid als een goed huis
vader voert. Misschien vindt het bij de verdere begrotingsbehandeling
steun in de wetenschap dat meermalen goede huisvaders door sommige
van hun kinderen niet worden begrepen.
De heer OOMEN: Kinderen worden soms groot!
De heer SUURMEIJER: Ik hoop het
De heer VAN DUIJL: Onze fractievoorzitter, de heer Geene,
heeft een motie met betrekking tot rijksweg 58 ingediend. Deze motie
zou ik gaarne enigszins willen toelichten en onderbouwen, teneinde
wat duidelijker aan te geven waar het ons om gaat. Daarbij heb ik de
neiging te beginnen met: "Er was eens een jongetje". Hoewel dat wat
afgezaagd gaat klinken, moet erop worden gewezen dat dat jongetje
nu minister van verkeer en waterstaat is en mijns inziens Breda met een
bootje van rijkswaterstaat aardig in het riet stuurt!
Zoals men uit onze moties heeft kunnen afleiden, baart de
wegenstructuur in de omgeving van Breda ons nogal zorgen. Er is geen
gerede kans dat deze zorgen snel zullen worden opgelost, juist in ver
band met het feit dat onze minister duidelijk het jaartal 1982 heeft
laten vallen, waarmee hij op de aanleg c, q. de doortrekking van rijks
weg 58 doelde. De motivering daarvoor was dat een en ander om finan
ciële reden niet op korte termijn kon worden gerealiseerd. Zoals wij
in onze motie duidelijk hebben laten uitkomen, betekent dit voor onze
fractie dat er een onaanvaardbare situatie ontstaat. Ik wijs erop dat de
belasting van de zuidelijke rondweg -- dan spreken wij over rijksweg 260
op dit ogenblik volgens een rapport van rijkswaterstaat kan worden uit
gedrukt in een etmaalintensiteit van 41. 000 motorvoertuigen per 24
uur. Rijkswaterstaat is nog verder gegaan en heeft aan de hand van de
ondernomen studie berekend dat er rekening mee moet worden gehouden
dat in 1990 de etmaalintensiteit van deze weg 61. 500 motorvoertuigen
zal zijn. Op grond van dit gegeven is het te verwachten dat de etmaal
intensiteit in 1982 51.000 motorvoertuigen per etmaal zal bedragen.
Wanneer ik dit getal enigszins verklein, kom ik tot de conclusie dat
wij te maken krijgen met 2.145 auto's per uur. Oftewel 35 auto's per
minuut.
Wij hebben nagegaan hoe rijkswaterstaat tot deze cijferopstel
ling is gekomen, waarbij is gebleken dat men vooral voor de langere
termijn van zeer voorzichtige voorspellingen is uitgegaan. Dat wil
zeggen dat bij de totstandkoming van de overgelegde gegevens rekening
is gehouden met een vrij geringe groei van het voertuigenbestand in
Nederland, zodat de cijfers zeker niet geflatteerd doch eerder aan de
