1048
20 NOVEMBER 1975
(AVOND)
Van onze kant is geopperd een Stichting Stadsherstel in te stellen ten
einde ook laatstgenoemd bestand zo veel mogelijk te behouden. Daar
op is reeds tijdens de antwoorden op de algemene beschouwingen afwij
zend gereageerd, maar ik vraag mij af wat de reden daarvan is. Er be
staan in den lande reeds dergelijke instellingen, die zich financieel 2elf
kunnen bedruipen. Laten wij een dergelijk voorstel dan eerst eens be
kijken en informaties inwinnen over ae instellingen die al functioneren,
voordat wij het afwijzen. Het gaat uiteindelijk toch om een zaak die
voor ons Bredanaars erg belangrijk is.
Het behoud van de oude binnenstad staat op gespannen voet
met het verkopen van in de binnenstad gelegen gemeente-eigendommen
aan willekeurige personen. Graag zouden wij zien dat de wethouder
zou toezeggen dat de verkoopmethodiek op korte termijn in de com
missie voor openbare werken of voor ruimtelijke ordening aan de orde
zal worden gesteld.
In een ministeriele circulaire is erop aangedrongen dat be
zwaren die tegen bestemmingsplannen worden ingediend niet alleen
door de ambtelijke diensten maar ook door een aparte commissie
worden behandeld. Hierbij wordt bijvoorbeeld aan de adviescommis
sie voor ruimtelijke ordening gedacht. Wellicht kan ook in Breda een
procedure worden ontworpen waarbij de commissie voor ruimtelijke
ordening zelfstandig de ingebrachte bezwaren behandelt, hetgeen nu
zeker niet gebeurt.
Ik wil thans de amendementen nr. 5 en 6 indienen, die be
trekking hebben op de sector openbare werken. Wij willen graag meer
geld voor de inspraak bij het binnenstadsplan, omdat dit iets zeer in
grijpends is. Teneinde daarvoor ruimte te creëren zouden wij éénmaal
net knippen van heggen -- dat is ongeveer de helft -- willen laten ver
vallen. Voorts kan naar onze mening voor dit doel de herstructurering
van de parken worden getemporiseerd. Hetzelfde geldt voor de uit
breiding van de sociografische dienst, waarvoor wellicht evenveel perso
neel nodig is als voor de inspraak inzake de binnenstad, zodat het
daarop betrekking hebbende bedrag meteen kan worden overgeheveld.
Voor een Stichting Stadsherstel is naar onze mening geen geld
nodig, omdat deze instelling zichzelf zal kunnen bedruipen. Nu de
financiering voor de gemeente is vrijgegeven, zal ook dat onzes inziens
geen problemen opleveren.
Ik kom toe aan enkele opmerkingen over het verkeersbeleid in
Breda. Reeds eerder is in deze gemeente om een verkeers+ en vervoers
plan gevraagd, maar daar zijn wij nog niet aan toe, hoewel er wèl iets
dergelijks voor de Haagse Beemden zal komen. In de plannen voor de
binnenstad is een aanzet tot een verkeerscirculatie plan opgenomen.
Toch kan men niet zeggen dat er in Breda veel aandacht aan het ver
keer wordt geschonken: misschien stelt ook de raad dit onderwerp te
weinig aan de orde. In ieder geval is er mijns inziens bij het ambtelijk
apparaat nog niet gebleken van veel zicht op het verkeer. Maatregelen
op verkeersgebied bereiken ons incidenteel en hebben onderling weinig
verband. De aanleg van een Kennedybrug lijkt meer bepaald door as
pecten van werkverschaffing dan door enige verkeersnoodzaak. In het
algemeen gaat het beleid op verkeersgebied niet verder dan het uit
breiden van de bestaande wegen tot stadssnelwegen. Ik wijs slechts op