21 NOVEMBER 1975 1058 van 70 °]o van het Chassé-terrein. Ik zie dat de heer Crul dit al wist; geweldig.' U ziet dat ik geen uitverkoop behoef te houden, want de za ken zijn al verkocht.' De heer OOMEN; Wij gaan zelf de boer op.' Wethouder VAN DUN: Toch is het fijn dat onze informa ties en de informaties van de P. v. d. A. slechts 5 °]o van elkaar afwijken. Ik hoop dat dit in de toekomst ook zo blijft. Dit wat de militaire terrei nen betreft. Ik vind het plezierig te hebben mogen vernemen dat er ope ningen zijn. Er bestaan ook misverstanden en het is in het belang van de binnenstad dat wij elkaar niet naar de strot vliegen doch een en an der duidelijk aan elkaar vertellen. Een volgend probleem is de kwestie van Joan Haanappel. Ik moet u eerlijk zeggen dat ik er niet uit wijs kan. Ik heb de indruk -- maar de heer Beckers moet mij in tweede instantie corrigeren als ik het verkeerd zie -- dat de heer Beckers veronderstelt dat er bij het gemeen tebestuur van Breda een dosis informatie over de wensen van en contac ten met Joan Haanappel en de haren beschikbaar is. Hij denkt dat wij vele gesprekken met hen hebben gevoerd en dat wij de raad daarvan niet in kennis stellen. Wel, ik weet eigenlijk drie dingen. Ik weet op de hand gewogen dat men gevraagd heeft of het gemeentebestuur van Breda be reid is een bepaalde bestemmingswijziging tot stand te brengen om een project als zodanig mogelijk te maken en wat in dat geval de grondprijs zou bedragen. Wij hebben daarop geantwoord dat wij, onder voorbehoud van goedkeuring door de raad en onder voorbehoud van nader inzicht in de dingen die gaan komen, bereid zijn de mogelijkheid te overwegen om gezamenlijk iets te gaan doen. Wij hebben dus een voorwaardelijke principe-bereidheid uitgesproken. In de tweede plaats heeft de heer Beckers merkwaardigerwijs over informatie aan de borreltafel of iets van dien aard gesproken. Het enige wat dit college heeft gezien is een door de initiatiefnemers gemaakte film van dergelijke instituten in Florida, een film die kort samengevat eigenlijk bestaat uit het door het water hossen met bootjes, waarbij men met plastic schietgeweren rub ber apen uit houten bomen schiet. Verder strekt onze informatie ook niet. In de derde plaats --en dat is wel een zakelijke afspraak heb ben wij in het laatste contact met de initiatiefnemers voorgesteld dat zij hun bedoelingen op papier zetten, dat zij inschetsen wat zij nu ei genlijk willen. Als dat is gebeurd kan men ons het resultaat doen toeko men, dan zullen wij de kwestie onder de arm mee naar de provinciale planologische commissie nemen om te vragen wat die commissie ervan vindt. Pas als de P. P. C. de zaken op een rijtje heeft gezet hebben wij groen licht om verder te praten. Deze zakelijke afspraak is als ik het mij goed goed herinner omstreeks april van dit jaar gemaakt en sinds die tijd is er geen nieuws van het front gekomen. Wij doen dus niets. Wel stel ik mij voor binnen niet al te lange tijd een brief namens het college naar de initiatiefnemers te doen uitgaan met de vraag, of er nog een reservering op het betreffende terrein ligt en of men nog iets gaat doen. Als dat niet het geval mocht blijken te zijn, kunnen wij ter plaatse andere invullingen doen plaatsvinden. Dat is mijn beantwoor ding in de richting van de heer Beckers.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1975 | | pagina 1058