21 NOVEMBER 1975 1064 spreken. Ik zeg de heer Suurmeijer persoonlijk dank voor de bemidde lingspogingen, die hij in de richting van de Upelaarsituatie heeft aange wend. Een en ander is door mij bijzonder op prijs gesteld. De heer Van Duijl spreekt over de problematiek van de Zui delijke Rondweg. Ik vind dat ik, als hij uit gegevens van Rijkswaterstaat citeert, dat op mijn beurt niet nog eens moet doen en zeg daarom dat hij in zijn cijfermatige benadering van de plaatselijke problematiek naar mijn mening volstrekt gelijk heeft. De situatie van de Zuidelijke Rond weg is onduldbaar en de raad van Breda heeft zich in het verleden dui delijk voor het alternatief van Rijksweg 58 uitgesproken. Het is dan ook altijd het beleid van dit college geweest om de spoedige aanleg van Rijksweg 58 te bevorderen en dat beleid wordt nog steeds door ons ge voerd. U hebt in dat kader ook onze reactie kunnen zien op de uitlatin gen, die minister Westerterp op een zondagmorgen voor zijn huisdeur met betrekking tot actiegroepen heeft gedaan. Wij zullen ons beleid er op richten dat het probleem van de Zuidelijke Rondweg in de richting van Rijksweg 58 wordt geredresseerd. Wat betekent dat in concreto? Dat betekent dat er bij de dienst openbare werken een verificatierapport, een rapport over de wegensituatie in Breda-Zuid in voorbereiding is. Breda-Ncord is een aparte situatie die later aan de orde komt. Op basis van die rapportage zullen wij met uw raad over de beleidslijnen gaan praten. Dat daaraan -- ik meen vandaag -- een besluitvorming van de gemeenteraad van Nieuw-Ginneken over de omleiding-Ulvenhout, die er alles mee te maken heeft, vooraf gaat vind ik bijzonder plezierig. Er bestaat namelijk een belangrijke relatie in het kader van aansluitpun- ten en met het oog op de situaties van het Bredase wegenstramien en als zodanig vind ik het fijn dat wij dan over dat uitgangspunt kunnen be schikken, zodat wij de zaken voor u op een rij kunnen zetten. Ik wil hier enkele opmerkingen aan het adres van de heer Brummelkamp op doen aansluiten. Hij rammelt wat met decibellen en is van mening dat wij nu wel van alles kunnen gaan doen, maar dat het terugbrengen van het verkeer met een aantal procenten het aantal deci bellen van 80 tot 77 zal doen dalen. Ik ben een beetje bang dat hij de ze wijsheid in een bijzonder eenzijdig programma van "Van Gewest Tot Gewest" heeft opgedaan, want ook daar werd dit getal genoemd. Ik ben van dergelijke getallen helemaal niet onder de indruk, want de kwestie van geluidshinder gaat van vele verschillende facetten uit. Het gaat echt niet alleen om een auto op een weggetje en het huis dat langs dat weggetje staat, het gaat onder meer ook om de situering van dat huis en om de aard en het karakter van die weg. Ik wil u één ding op voor hand zeggen. Wanneer de Zuidelijke Rondweg door het alternatief van Rijksweg 58 zou worden ontlast, zie ik persoonlijk niet dat de Zuidelij ke Rondweg in de stad Breda op de huidige wijze blijft liggen. Er zullen dan heel duidelijk andere dingen moeten gebeuren die, misschien tot vreugde van een aantal betrokkenen die het genoegen hebben in deze raad te zitten, doen denken aan de vroegere situatie, hetgeen heel merkwaardig mag worden genoemd. Vervolgens een technische opmerking van de heer Brummel kamp die ik heb opgeschreven omdat ik haar ook niet helemaal begrijp. Wanneer wij met decibellen gaan goochelen, moeten wij wel beseffen dat het terugvallen van de geluidshinder van 80 naar 70 een halve ring van die geluidshinder betekent» Wij moeten dus niet zeggen dat 3 °Jo

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1975 | | pagina 1064