1077 21 NOVEMBER 1975 heeft gemaakt of gaat maken. Die gebouwen zijn of worden door "Mid- glas" B. V. aan een projectontwikkelaar verkocht, die het boze voorne men heeft geëtaleerd de panden te gaanslopen en op het terrein aan de Seeligsingel appartementen te plaatsen. Als men de zaak juridisch be kijkt staan wij verduveld zwak. Het is geen monument noch een be schermd stadsgezicht. Wij geven -- dit wellicht ten overvloede -- geen sloopvergunning af, maar men kén ter plaatse gaan slopen en vervolgens een bouwplan indienen. Het enige houvast dat wij dan als gemeente hebben is de mogelijkheid de plannen bijzonder nadrukkelijk door Wel stand te laten bekijken in het kader van het zich verhouden tot de buurt. Dit is eerlijksheidshalve gezegd de juridische opzet van het geheel. Aan de andere kant kan ik echter het navolgende zeggen. Horend van deze plannen, die bij openbare werken bekend zijn, heeft de directeur van openbare werken een brief aan de initiatiefnemer geschreven om morele - pakt u mij niet op het woord- druk op hem uit te oefenen. Mis schien wil hij nog eens overwegen of de bestaande woningen niet fat soenlijk kunnen worden gerehabiliteerd, zodat men ze voor bewoning kan blijven gebruiken. De directeur van openbare werken is daarmee misschien wat te ver gegaan, maar hij heeft vanuit zijn bezorgdheid bijzonder correct gehandeld. Wij hebben als gemeentelijke overheid de verplichting de initiatiefnemer duidelijk te maken wat de wil van de gemeente is en wij maken hem attent op emotionele gevolgen van de door hem voorgestelde handelwijze. Ik heb gemeend op persoonlijke titel als wethouder een brief aan hetzelfde adres te moeten schrijven om de initiatiefnemer te verzoeken goede nota van de brief van de di recteur van openbare werken te nemen en daarmede het standpunt van het college naast dat van de directeur te leggen. In de derde plaats heeft mij een brief bereikt van een actiecomité van honderd mensen uit de buurt, die zich tegen deze gehele procedure verzetten. In de vierde plaats heb ik de initiatiefnemer, de oude eigenaar van de pan den, het dagelijks bestuur van de STAR en het actiecomité uitgenodigd om deze aangelegenheid over anderhalve week op mijn kamer nog eens mondeling onder eikaars aandacht te brengen. Dat is de situatie. Het college is van mening dat de panden niet moeten worden gesloopt, maar wij hebben weinig houvast. Het is dus een kwestie van elkaar over tuigen en ik zal u gaarne van de ontwikkelingen op de hoogte houden. Langs de kwestie van het familiepark van Joan Haanappel ben ik misschien wat ludiek heengewandeld. Wat houdt dat principebe sluit nu eigenlijk in? Het betekent niet dat ter plaatse een Joan Haan- appel's pretpark of hoe het dan ook moge heten zal worden gesticht. Het enige wat het college heeft gezegd is, dat wij het een niet onaan trekkelijk idee vinden ter plaatse een recreatief item te hebben maar dat wij wel even willen zien wat het wordt. Dat laatste is tot dusverre niet gebeurd. Het is best mogelijk dat er uit de discussie, als die nog levensvatbaar is, een aantrekkelijk recreatief gebeuren voorkomt en het is u dan niet onduidelijk dat mijn collega Van Graafeiland, die hier waarschijnlijk nog op zal inspelen, probeert een aantal recreatieve items die zich binnen het patroon van Breda bevinden in het geheel in te passen. Alvorens dat echter wordt onderzocht hebben wij in het col lege duidelijk afgesproken dat de initiatiefnemers met hun ideëen op de markt moeten komen. Sinds april is er van het front niets vernomen

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1975 | | pagina 1077