21 NOVEMBER 1975
1094
november 1975,
gehoord de discussie rond de begroting van de dienst voor
Jeugd, Sport en Recreatie,
overwegende de standpunten tijdens de verkiezingen en de
bijeenkomsten van de betreffende raadscommissie,
1. Spreekt als zijn oordeel uit dat het totstandkomen van
een open jongerencentrum in en voor de gemeente Bre
da een hoge prioriteit heeft, mede in het kader van het
totale jeugdwelzijnsbeleid.
2. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders
alles te doen om de realisering van "de Pluu" op korte
termijn te onderzoeken en mogelijk te maken, waarbij
voldaan moet zijn aan minimale eisen ten aanzien van
de huisvesting.
3. Verzoekt het college dit te doen in nauw overleg met
de belanghebbende groeperingen,
en gaat over tot de orde van de dag.
Voldoende ondersteund zijnde maakt de motie van de heer
Beckers mede onderwerp van de beraadslagingen uit.
De heer BECKERS: Deze motie is bedoeld als een stimulans
om het college op de ingeslagen weg te laten voortgaan, maar tegelij
kertijd ook als een standpuntbepaling van de raad ten opzichte van het
college. Wij hebben tot dusverre veel informele gesprekken gevoerd en
wij hadden er behoefte aan ons standpunt nu ook formeel kenbaar te
maken.
Wat de kindercentra betreft zijn wij nog niet zo ver. Mis
schien het volgend jaar, want ik bespeur toch -- ook in de woorden van
de heer Lambregts -- een langzaam naar elkaar toegroeien van de
standpunten. Ik ben het volledig eens met de analyse, die de heer Lam
bregts heeft gegeven van de situatie, waarin de peuterspeelzalen in
Breda verkeren. Alleen maakt hij nog niet de sprong die wij wel willen
maken. Als de situatie zo is en als de behoefte in Breda op een factor
4 van het huidige aantal kinderen moet worden gebracht -- vier maal
450 kinderen die van peuterspeelzalen gebruik zouden moeten kunnen
maken --, is ons amendement om in het kader van de begroting
100. 000, -- extra voor dit doel ter beschikking te stellen naar mijn
mening een reële zaak.
De heer LAMBREGTS: Als ik de factor 4 heb genoemd, was
dat met het oog op de komende jüren en ik dacht dat de 100. 000, --
in 1976 zouden moeten worden besteed.
De heer BECKERS: Wij allen hebben in het kader van het
overleg met de gemeente een brief gekregen van de 11 peuterspeelza
len, die op het ogenblik samenwerken. Zij hebben ons een overzicht
gegeven van de consequenties van het handhaven van de gemeentelijke
begroting op het bedrag van f 46. 500, - - Ik ben in verband met de