1194 18 DECEMBER 1975 werd ingedeeld en wel als volgt: a6 dagen tijdens de kermis in dat deel van de gemeente dat voor de grenswijziging van 1942 tot de gemeente Breda behoorde. b. 6 dagen tijdens de kermis in dat deel van de gemeente dat voor de §renswijziging van 1942 tot de gemeente Ginneken en Bavel ehoorde. c. 2 dagen tijdens de kermis in dat deel van de gemeente dat voor de renswijziging van 1942 tot de gemeente Princenhage be oorde. d. 4 dagen tijdens de Orangerie e. 1 dag vrijdag voor moederdag f. 2 dagen waarvoor resp. 3 en 31 oktober zijn aangewezen. De indeling v. w.b. de punten a t/m d is vastgesteld in het gemeente blad van Breda nummer 1286 rubriek III-6. Door de betreffende winkeliersvereniging werd tevens bij de gemeente geihformeerd of toestemming van overheidswege noodzakelijke was om tijdens de te houden braderie op het particuliere plantsoen voor het winkelcentrum, als attractie voor de jeugd, een draaimolen te plaatsen, waarvan de jeugd gratis gebruik zou mogen maken. Door de gemeente werd medegedeeld dat toestemming voor het plaatsen van een draai molen niet kon worden verleend, omdat hierdoor andere kermisexploi tanten in huninkomen zouden kunnen worden geschaad. Bovendien zou toestemming grote moeilijkheden opleveren voor de afdeling gemeente belastingen. Op 8 juli 1975 werd door de winkeliersvereniging "De Burcht" bij de gemeente definitief toestemming gevraagd voor het hou den van een braderie op 27, 28, 29 en 30 augustus 1975 binnen het ka der van de winkelsluitingswet. Toestemming voor het houden van deze braderie werd door de gemeente verleend bij brief van 26 augustus 1975, welke brief door de betreffende winkeliersvereniging werd ontvangen op 27 augustus 1975. Vragen: I. Is uw College met mij van mening dat: 1. een actieve middenstand een belangrijke bijdrage kan leveren aan de leefbaarheid binnen de wijken 2. door de noodzakelijke situering van de kermissen binnen de ge meente en de van deze kermissen uitgaande aantrekkingskracht op de burgerijbepaalde winkelcentra bevoordeeld zijn t. o. v. de andere winkelcentra binnen deze gemeente 3. in afwachting van de komende wijziging van de winkelsluitings wet, de indeling van de voor ontheffing aanwezige ruimte bin nen de heden nog vigerende winkelsluitingswet dusdanig dient te worden gewijzigd, dat ook de andere winkelcentra op zelf te bepalen data in de gelegenheid worden gesteld braderieöi te organiseren. (Bij een dergelijke regeling is het van belang, dat de afzonder lijke winkeliersverenigingen hun claim voor een bepaalde datum kenbaar maken aan een daarvoor aan te wijzen coördinator. Ik denk in dit verband aan de commissie middenstand en groot winkelbedrijven).

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1975 | | pagina 1194