18 DECEMBER 1975 1209 de heer LAMBREGTS: Bij dit voorstel zijn verscheidene com missies betrokken geweest en ik zou dan ook enkele vragen op het ge bied van de commissie openbare werken willen stellen. In de eerste plaats zou ik willen vragen of de ruimte van het pand Karrestraat 32 direct volledig voor de openbare bibliotheek zal worden gebruikt. Wanneer dit niet het geval zou zijn, zou ik graag ver nemen aan welke bestemming men in eerste instantie voor de over blijvende ruimte heeft gedacht. Een andere kwestie is de buitenzijde van het gebouw Karre straat 32. Er is reeds op gewezen dat hier een andersoortige vestiging temidden van een winkelgebeuren zal komen. Hoe denken b. en w. op enigerlei manier met net winkelgebeuren in dit gedeelte van de binnenstad rekening te kunnen houden? Ik doel hiermee in het bijzonder op het uiterlijk van het gebouw. Met betrekking tot het parkeerprobleem zou ik nog een concrete vraag willen stellen. Het is bekend dat er een verkeersnota op komst is, maar uit diverse geledingen van de bevolking komt de vraag naar voren of het mogelijk is, vooruitlopend op de verkeersnota, het probleem van de kort- en de langparkeerders -- dat mijns inziens vooral in dit ge bied aan de orde is -- op voorhand te bekijken. Met de panden Nieuwstraat 5-7 heeft men mijns inziens een zeer gelukkige greep gedaan. Men kan hier meteen beschikken over de aanwezigheid van bijzonder belangrijke voorzieningen die een directe relatie met het hoofdpand Karrestraat 32 onderhouden. Daarnaast heeft het college kans gezien voorstellen met betrekking tot de verhuur van de eerste en tweede verdieping te doen. Ik acht het de moeite waard dat te vermelden, aangezien het in verband met de exploitatiekosten voordeel oplevert. Over de beheersvorm laat het college zich in het voorstel zeer schuchter en voorzichtig uit. Hoewel het college de reden daarvan heeft genoemd, zou ik willen vragen pf op dit punt iets concretere uit spraken kunnen worden gedaan. Indien dit niet het geval is, wanneer mo gen wij dan wél concretere gedachten van het college vernemen? Wethouder SA ND BERG: De functie en het functioneren van de bibliotheek hebben weinig aanleiding tot vragen gegeven. De vragen over bouw-technische aspecten alsmede over beheersaangelegenheden, verkeersproblemen etc. zullen door mijn college Van Dun worden be antwoord. Uit het geringe aantal vragen dat aan mijn adres is gesteld meen ik te mogen afleiden dat de raad unaniem tot deze belangrijke aankoop wil besluiten. Ik zeg met nadruk "belangrijke aankoop", om dat ik van mening ben dat deze aankoop voor de stad Breda, voor de sector cultuur en voor de bibliotheek in het bijzonder misschien niet historisch maar toch in ieder geval van bijzonder belangwekkende aard is. Het besluit dat de raad vanavond waarschijnlijk zal nemen geeft aan dat hij niet alleen bereid is te praten en mooie woorden te zeggen aan het adres van een commissie die een integrale beleidsvisie over tien jaar geeft, maar daaruit op een gegeven ogenblik ook de consequentie wil trekken en tot handelen wenst over te gaan. Tenslotte geeft het te nemen besluit aan dat de raad bereid is te erkennen dat de bibliotheek in het culturele gebeuren een bijzonder belangwekkende instelling is en

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1975 | | pagina 1209