12 16 JANUARI 1975 Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt over eenkomstig dit voorstel van burgemeester en wethouders besloten. 11. bijlage nr. 11 VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT VAST STELLING VAN DE: "REGELING VERHAAL VAN GRONDKOSTEN BIJ PARTICULIERE EXPLOITATIE". De heer TEN WOLDE: Bij de behandeling van dit voorstel in de commissie voor openbare werken heb ik mij er als fractielid van de V. V. D. mee akkoord verklaard, omdat de toelichting naar mijn me ning duidelijk was. Bij de behandeling in de fractie kwamen echter en kele vragen van fundamenteler karakter aan de orde met een min of meer juridische achtergrond. Uit de toelichting op het voorstel blijkt dat in januari 1970 een particuliere bouwexploitatie-verordening werd ingetrokken en wel op grond van de overweging dat zich weinig geval len van particuliere exploitatie voordeden. Nu zich echter in 1974 en kele gevallen bij de gemeente hebben aangediend, blijkt er behoefte aan te bestaan nieuwe interne richtlijnen op te stellen. Het uitgangsprincipe dat particulieren geen winst op gemeentelijke voorzieningen mogen maken kan de fractie van de V, V. D. zeker on derschrijven. Daarvoor zal een regeling moeten worden getroffen, maar de artikelsgewijze toelichting en de juridische achtergrond hebben en kele vragen bij mijn fractie opgeroepen. Waarom zal -- zoals uit de toelichting bij de ambtelijke stukken blijkt -- de verordening met terugwerkende kracht vanaf 1 januari 1974 in werking treden? Wordt er op het ogenblik bij de gemeente een inter ne regeling getroffen om een aantal lopende zaken vrij snel te kunnen oplossen of betreft het hier een regeling als generale richtlijn en onder handelingsuitgangspunt voor de gemeente? Als een particuliere bouwexploitant ergens een weg heeft aangelegd en als de gemeente een prijs per m2 heeft vastgesteld in een op te zet ten bestemmingsplan met betrekking tot de grote en minder grote voor zieningen, wordt er dan een nieuwe gemiddelde grondprijs per m2 vast gesteld of vullen de opbrengsten uit de grond van de particuliere bouw exploitant de gemeentekas? Waarom wordt in artikel 8 een uitzondering gemaakt voor agrarische opstallen en de daarbij behorende woningen? Met betrekking tot de op stallen kunnen wij met het voorstel wel akkoord gaan, aangezien er vaak vrij grote oppervlakten in het geding zijn. Ook uit de ambtelijke toelichting is mij echter nog niet duidelijk gebleken waarom er een uitzondering voor woningen wordt gemaakt, te meer daar in de verorde ning wordt uitgegaan van een uniformering van het gemeentestandpunt terwijl hier weer een uitzonderingssituatie wordt geschapen. Uit de be handeling in de commissie voor openbare werken is mij gebleken dat de toelichting vrij summier was en dat daarom in de discussie niet diep op de materie werd ingegaan, hoewel het voorstel inhoudelijk toch vrij veel consequenties heeft. Wethouder VAN DUN: Ik ben het geheel met de heer Ten Wolde eens dat de vragen die in zijn fractie zijn gesteld wellicht te wijten zijn aan de enigszins summiere toelichting en aan het pragmatische karak ter van de regeling die ter tafel ligt. Met het oog daarop kan ik mij zeer goed voorstellen dat hij deze vragen heeft gesteld. Het is de bedoeling dat wij ten aanzien van gronden die door par-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1975 | | pagina 12