209 17 MAART 1975 tie is. Wij hebben fundamenteel moeite met het ingediende ordevoorstel. U weet dat de punten, die op de raadsagenda komen, door burgemees ter en wethouders naar voren worden gebracht. Dit geschiedt via de normale procedure: de voorstellen komen in de commissies, worden daar besproken en komen vervolgens voorzien van een bepaald advies bij de raad. Wij hebben de mogelijkheid om initiatieven te nemen ten einde bepaalde punten ter discussie aan te bieden duidelijk niet. Wij kunnen, als wij dat willen, in de raad vragen stellen; wij krijgen dan antwoorden waarmede men ons met een kluitje in het riet stuurt. Over een aantal punten willen wij op een bepaald moment serieus met ande re fracties in deze raad discussiëren; wij willen daar graag de mogelijk heden voor hebben en wij hebben getracht dit via een initiatiefvoorstel te bereiken. Moties zijn minder geschikt omdat die ergens aan vastge knoopt moeten worden, waartoe vaak niet de mogelijkheden bestaan. Om deze reden zouden wij het initiatiefvoorstel, zoals wij dat nu heb ben ingediend, graag aan een discussie binnen deze raad onderwerpen. Wij zouden graag de standpunten van de verschillende fracties ten aan zien van milieubeheer vernemen en wij willen bezien op welke manier wij het eens kunnen worden over het maken van opmerkingen in de richting van het college, waarna het college --en dat is zo in het ini tiatiefvoorstel geformuleerd -- binnen een aantal maanden zelf eens kan kijken of concrete maatregelen mogelijk zijn. Het is niet onze be doeling om via dit initiatiefvoorstel in de rechten van het college te treden, het is wel onze bedoeling om vanuit de raad duidelijke richt lijnen aan het college te geven. Probeer er wat aandacht aan te beste den en kijk eens of dat kan in de door ons aangegeven richting. Wij achten dit een belangrijke aangelegenheid en willen om die reden het ordevoorstel van de heer Geene niet steunen. Bovendien zou den wij graag zien dat de heer Geene, gehoord de argumenten die hier naar voren zijn gebracht, zijn ordevoorstel intrekt. Wij hebben het ge voel dat dit voor het democratisch functioneren binnen deze raad van belang kan zijn. De VOORZITTER: Dan is nu eerst het ordevoorstel aan de orde. Ik heb begrepen dat er van bepaalde zijde niet zo vreselijk veel behoefte bestaat aan discussie over het initiatiefvoorstel. Ik wil dus eerst een decisie over het ordevoorstel nemen, hetgeen inhoudt dat bij deze ge legenheid niet over het initiatiefvoorstel zal worden gediscussieerd. Krachtens artikel 23 van het reglement van orde zou het agendapunt dan van deze agenda moeten worden afgevoerd. Het ordevoorstel van de heer Geene is voldoende ondersteund en ik vraag daarover een uit spraak van de raad. Van de heer Welschen heb ik begrepen dat zijn fe deratie van fracties fundamentele bezwaren heeft tegen het handhaven van dit ordevoorstel. De heer CRUL: Ik zou graag willen weten of de heer Geene -- die ik zoëven met de heer Dees heb zien overleggen -- zijn ordevoorstel inderdaad intrekt. De VOORZITTER: Ik moet natuurlijk weten wat men gaat doen. De heer DEES: Ik wil graag een stemverklaring ten aanzien van het ordevoorstel afleggen. Wij hebben het initiatiefvoorstel van de heer Welschen en de zijnen uitvoerig in de fractie besproken. Uit stelling-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1975 | | pagina 209