20
16 JANUARI 1975
vanavond weer voorstellen op de agenda om verkeerslichteninstallaties
te plaatsen. Verhoging van de verkeersveiligheid -- anders gezegd;
vermindering van de verkeersonveiligheid -■ ligt hieraan ten grondslag.
De op de betrokken kruisingen geregeld voorkomende ongevallen ma
ken het zeker noodzakelijk maatregelen te nemen, maar onze fractie
vraagt zich af of het plaatsen van verkeerslichteninstallaties wel altijd
de juiste oplossing is. Als wij de kruising Moerlaken-Terheijdenseweg
bezien, constateren wij dat in de huidige situatie het verkeer op een
tweestrooksweg zonder middenberm voorrang heeft boven het verkeer
op een vierstrooksweg met gescheiden rijbanen. Voorts zien wij dat de
situatie op het kruispunt eerder stimuleert tot snelheidsverhoging dan
tot bedachtzaam naderen van de kruising. Het laatste geldt vooral
voor de Terheijdenseweg die bij nadering van de kruising overgaat van
een tweestrooksweg in een vierstrooksweg. Wij kunnen ons afvragen
of het plaatsen van een verkeerslichteninstallatie hiertegen een reme
die vormt. In de tijd dat er weinig verkeersaanbod is zal de neiging
bestaan om door het rode licht te rijden, terwijl in de tijd dat de in
stallatie buiten werking is de situatie even gevaarlijk zal zijn als nu.
Wij vragen ons dan ook af of het niet beter is een kruising van
een "invalsweg" met een "toekomstige wijkverbindingsweg" ongelijk
vloers uit te voeren. Mocht dit voorlopig te duur zijn, dan kunnen wij
ook de Terheijdenseweg zodanig verleggen, dat hij via twee T-kruisin-
gen op de Moerlaken aansluit. Op die "m,mier wordt in ieder geval het
verkeer op de Terheijdenseweg gedwongen snelheid te verminderen.
Ook de kruising Valkenierslaan-Allerheiligenweg is een gevaarlijk
punt, maar dit wordt door weer andere factoren veroorzaakt. De Aller-
heiligenweg/Fatimastraat is als vierstrooksweg met gescheiden rijba
nen uitgevoerd waardoor de automobilisten worden "uitgenodigd" om
te hard te rijden. Voorts is de middenberm in de Allerheiligenweg ter
plaatse van de kruising te smal om opstelruimte voor het overstekende
verkeer te bieden. Tegen het plaatsen van een verkeerslichteninstalla
tie gelden dezelfde bezwaren als bij het kruispunt Moerlaken-Terheij-
denseweg, terwijl bovendien door het plaatsen van verkeerslichten de
capaciteit van de aansluitende wegen aanzienlijk daalt. Misschien
verdient het overweging de Allerheiligenweg tot een tweestrooksweg
terug te brengen. Op de andere gedeelten van Allerheiligenweg en Fa-
timastraat is uiteindelijk ook alleen de linkerrijstrook voor het verkeer
beschikbaar, aangezien de rechterrijstrook daar door geparkeerde auto's
wordt ingenomen. Een versmalling van de rijbaan zou ertoe kunnen
leiden dat de middenberm wordt verbreed, waardoor het verkeer van
de Valkenierslaan naar het Valkeniersplein en omgekeerd meer opstel
ruimte krijgt terwijl ook de oversteekafstand voor de wijkbewoners
wordt verkleind.
Mijns inziens is de algemene lering die wij hieruit kunnen trekken
dat vierstrookswegen in de stad over het algemeen ongewenst zijn, om
dat op deze manier de woonwijken worden doorsneden door wegen
waarop met te hoge snelheden wordt gereden. Naar ik hoop leren wij
hier tevens uit dat er nog wel andere oplossingen voor verkeersproble
men zijn dan alleen het plaatsen van verkeerslichteninstallaties.
De heer VAN DUIJI: Ik wil een opmerking maken die uitsluitend
betrekking heeft op agendapunt nr. 22. In de commissie ben ik met
dit voorstel akkoord gegaan en in mijn standpunt is geen verandering
ekomen. maar later is gebleken dat er zich ter hoogte van de Overak-
erstraat en de Mathenessestraat een school bevindt zodat op het ogen-