270 17 APRIL 1975 voorstel moet lezen, maar hetgeen de heer Van Dun heeft gezegd kan men in het voorstel niet terugvinden. Weliswaar wordt gezegd dat de raad zal worden ingeschakeld en dat de verwerving en de bestemming twee verschillende dingen zijn, maar er wordt daarnaast duidelijk ge sproken over "verwerving van onroerend goed ten behoeve van de in het aankoopprogramma genoemde projecten". Deze projecten worden niet in het voorstel maar wel in de ter visie gelegde stukken met na me genoemd. Daarvan willen wij het te nemen besluit nu juist loskop pelen. Indien het college de wenselijkheid van dit loskoppelen onder schrijft, is er misschien geen reden -- daarover zullen wij dan even in de fracties moeten beraadslagen om de motie te handhaven. In dat geval moet echter het standpunt van het college duidelijk op tafel komen. Aangezien u, mijnheer de voorzitter, bij de verwerping van het ordevoorstel zei dat het jammer was dat het weer zo moest, had ik even de indruk dat het college op grond daarvan tot schorsing over ging teneinde de onzes inziens te verwachten laatste confrontatie te voorkomen. Dit bleek echter ijdele hoop te zijn. De heer VAN MALE; Misschien mag ik even op de woorden van de heer Van Dun reageren. Als er tussen de verwerving en de bestem ming inderdaad even weinig verband bestaat als wij in de motie be pleiten, is het enigszins ongelukkig dat in de toelichting die ter visie heeft gelegen bepaalde bedragen in verband met bepaalde bestemmin gen worden genoemd. Duidelijker was het geweest als men in de toe lichting had gezet dat bepaalde bedragen voor het verwerven van be paalde objecten nodig zijn, zonder de bestemming daarbij te vermel den. Wethouder VAN DUN; Vooropgesteld dient te worden dat het doel waarvoor men iets aankoopt -- van welke aard dat doel ook is bij de aankoop niet door de raad bij voorbaat wordt gehonoreerd. Daar over bestaat geen verschil van mening. Wanneer men nu een aankoop- programma aan de raad voorlegt, kan men het doel waarvoor bepaal de objecten worden aangekocht -- zonder dat dit doel door de raad wordt gesanctioneerd --al dan niet duidelijk maken. Het zou zeer ge makkelijk zijn een aankoopprogramma over te leggen en de motivering weg te laten. Het etaleren van de motivering is alleen een demonstra tie van een beleid op langere termijn, maar het impliceert, nogmaals gezegd, op geen enkele wijze dat de raad zich met die motivering engageert, want daarover neemt hij geen besluit» Op die wijze hebben wij altijd geopereerd en uit dien hoofde acht ik de motie overbodig» Ten overvloede wijs ik erop dat de raad moet beseffen dat elke aan koop nog apart in de raad zal worden behandeld. De VOORZITTER: Zowel apart als in verband met de bestemming. De heer CRUL: Misschien spreekt een tussenvoorstel van onze kant het college aan. Zou deze materie nog eens uitgebreid in de com missie kunnen worden behandeld en in mei opnieuw aan de orde kun nen worden gesteld? De VOORZITTER: Ook dat lijkt mij overbodig, maar ik weet niet hoe de heer Van Dun daarover denkt. Wethouder VAN DUN: Ik voer langzamerhand het woord in vijf-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1975 | | pagina 270