24 APRIL 197-5 330 partner van de gemeente Breda te zijn. Ik geloof dat dat een norm kan zijn. Nog belangrijker is dat wij tot een goede architectenkeuze komen. De keuze van architecten voor het gebied Haagse Beemden zal uiteraard aan het kiezen van bouwers voorafgaan en er wordt op het ogenblik door de dienst van openbare werken dan ook gewerkt aan een inventarisatie van de architecten die in de Haagse Beemden kunnen verwezenlijken wat ons allen voor ogen staat. Twee begrippen blijven centraal staan: R. P. D. /verificatie en I. W. K. W. Ik wijs er nogmaals op dat de minister te kennen heeft gege ven dat het de bedoeling is tot de verstandigste, kwalitatief het best ge waarborgde procedure in de kortste tijd te komen. Met het oog daarop heeft hij mededeling gedaan dat hij geen tijd wenst te verliezen en dat er twee procedures tegelijkertijd zullen worden gevoerd. Wat houdt nu de verificatie door de rijksplanologische dienst in? Het materiaal dat nu op tafel ligt -- voor alle duidelijkheid: inclusief het materiaal van P. v. d. A. P. P. R. en anderen --zal door de R. P.D. in samenspraak met de P. P.D. en de sociografische dienst van de gemeente Breda wor den geverifieerd. Uit de contacten die er de laatste dagen en zelfs de laatste uren veelvuldig zijn geweest heb ik de indruk dat het verificatie proces al een goed eind op gang is. De minister heeft mij persoonlijk toegezegd dat ver vóór september dit verificatieproces zal zijn afgerond. Een ander aspect is de I. W. K. W.de interdepartementale werk groep knelpunten woningbouw, een "hoogedelachtbaar college", waarin tien departementen vertegenwoordigd zijn en waarin wij voor kwaliteit in de Haagse Beemden zullen moeten vechten. Dit betekent niet dat de leden van deze werkgroep geen kwaliteit in de Haagse Beemden zien maar wel dat een discussie zal ontstaan op de snee van kwaliteit en fi nanciële verantwoording. Het zal een moeilijke weg zijn en het is de vraag of wij een en ander in september zullen kunnen hebben afgesloten. Ik heb hier met de minister over gesproken en mij is gebleken dat het niet uitgesloten is dat dit wat langer zal duren en dat het resultaat dus niet in september maar twee drie maanden later zal worden bereikt. De moeilijkheid doet zich voor --de problematiek van de Haagse Beemden is ook gisteren in de Tweede Kamer aan de orde geweest -- dat er in de subsidiesfeer alleen maar kan worden gepraat als men exact weet wat er in de Haagse Beemden gaat gebeuren. Ik heb eerder betoogd dat op grond van bepaalde argumenten het ruimtelijk plan-Haagse Beemden niet op tafel ligt, maar wij moeten ervoor oppassen dat Breda straks niet kan worden verweten dat men niet met de I. W. K. W. kan werken omdat Breda niet met een plan komt. Uit de Handelingen van de Tweede Kamer-vergadering van gisteren blijkt dat de minister heeft gezegd dat uit mededelingen kan worden afgeleid dat het nu ingedien de plan niet het definitieve plan is en dat men nog over bepaalde facet ten met de provincie in bespreking is. Dit betekent dat er bij de minis ter op dit ogenblik begrip voor ontstaat dat wij niet met een concreet plan komen en dat er een modus moet worden gevonden om, anders dan op basis van een kant-en-klaar plan, inzicht in de bijdrage van de mi nister te geven. Het zal een moeilijke procedure worden en ik meen dat wij verplicht zijn de commissies die zich met de Haagse Beemden bezighouden op de hoogte te houden van de voortgang ia de I. W. K. W.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1975 | | pagina 330