335 24 APRIL 1975 De heer CRUL: Ik vermoed niet dat het lang zal duren. De VOORZITTER: Dan schors ik de vergadering. SCHORSING. De VOORZITTER: Ik heropen de vergadering. De heer GEENE: Ik heb geen antwoord gekregen op enkele vra gen die ik ook al in de commissievergadering had gesteldl Hoewel ik vanavond geen antwoord verwacht, zou ik het plezierig vinden als het college te zijner tijd die vragen schriftelijk zou willen beantwoorden. Mijn vragen hadden onder meer betrekking op de consequenties die het achterwege blijven van een uitbreiding voor Breda zou hebben, bij voorbeeld doordat de uitkeringen zouden teruglopen. In de notulen van de bedoelde commissievergadering kan men de vragen naar ik meen terugvinden. Vervolgens meen ik de heer Crul nog enkele antwoorden schul dig te zijn die hij zelfheeft uitgelokt. Hij heeft gezegd dat zijn groe pering zich altijd open en positief opstelt. In mijn betoog in eerste termijn heb ik op de heer Crul en de zijnen met klem een beroep ge daan om zich ook vanavond positief op te stellen. Daar bedoelen wij altijd mee dat men er akkoord mee gaat dat toestemming wordt ver leend om het project-Haagse Beemden verder te ontwikkelen. Dat is immers het doel van deze discussie. De wethouder heeft ai gezegd dat wij nog niet morgen de eerste paal zullen slaan maar dat wij de acti viteiten moeten voortzetten om de exacte gegevens op tafel te krijgen en er nu eens achter te komen hoe ver de minister wil gaan. Daarom zou ik graag nog eens een beroep op de heer Crul willen doen. Hij heeft gezegd dat zijn groepering als haar motie niet wordt aangenomen niet aan de besluitvorming kan deelnemen. Wanneer dit zou gebeuren, zou ik dat ernstig betreuren en zeker niet als positief ervaren. De heer CRUL: Bij deze discussie tussen de heer Geene en mij staat centraal dat een open en positieve benadering van de kwestie van de Haagse Beemden voor ons voorop staat. Ik zou graag van de heer Geene willen horen of hij 6nze benadering op dezelfde wijze in zijn fractie aan de orde zou willen stellen en in de beantwoording van de vragen zou willen opnemen. Daarbij is het de vraag of hij de bezwa ren die wij hebben als serieus, ziet en in zijn overwegingen wil betrek ken. De heer GEENE: Ik k&n die bezwaren haast niet serieus nemen. Ter voorbereiding op mijn betoog van vanavond heb ik vrij veel stuk ken doorgekeken en daarbij kom ik steeds terug bij de gesprekken die in Teteringen zijn gevoerd en bij de bewuste raads-vergadering. Bij die

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1975 | | pagina 335