24 APRIL 1975 358 er duidelijkheid is ontstaan over onder meer: de verificatie van rijkswege en de uitkomsten van de beoorde ling door de interdepartementale werkgroep knelpunten woning bouw; de heroriëntatie van de minister inzake de demografische en planologische aspecten; de aanzet tot een structuurplan voor de Haagse Beemden, stad en regio; de mogelijkheden en de consequenties voor de ontwikkeling van het gehele gebied en de afronding op kleinere schaal; de resultaten van een onderzoek haar de alternatieven; de haalbaarheid op financieel en sociaal gebied, onder meer op grond van de afgelegen ligging; de wijze van gronduitgifte: verkoop of erfpacht; de mogelijke gevolgen voor het huidige grondgebied van de stad en haar bewoners. Daarenboven bleken het college en de fracties van C. D. A. en V. V. D. niet bereid onze opvattingen serieus te onderzoeken of zelfs in hun overwegingen te betrekken. De heer DEES: Dat wist de heer Crul dus al van tevoren.' Ik meen namelijk te constateren dat hij zijn verklaring op papier heeft staan. De heer CRUL: Wij wisten het van tevoren op grond van de dis cussies die hadden plaatsgevonden; deze zijn vanavond bevestigd. Het bereiken van de door ons zo zeer gewenste overeenstemming in deze kwestie, waardoor gedurende een reeks van jaren de toekomst van Breda zal worden bepaald, wordt daardoor onmogelijk gemaakt. Het is voor ons onmogelijk en wij vinden het onverantwoord op dit ogen blik een standpunt in te nemen. Door de genoemde feiten gedwongen, zullen wij tot onze spijt tijdens de stemming de zaal moeten verlaten, om daardoor duidelijk te maken dat naar ons oordeel op dit ogenblik een voorbarige uitspraak over deze kwestie onjuist is en geheel in strijd met onze verantwoordelijkheid voor het bestuur van de stad Breda. De VOORZITTER: Ik begrijp hieruit dat u voornemens bent thans de zaal te verlaten. Ik zou u daarom eerst willen vragen of ik uw me dewerking voor voorstel nr. 138 zou kunnen krijgen. In afwijking van de orde van de vergadering wordt nu eerst aan de orde gesteld: 2. bijlage nr. 138 VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT HET BESCHIKBAARSTELLEN VAN EEN KREDIET VOOR DE DOORTREK KING VAN DE MOERLAKEN INCLUSIEF DE BOUW VAN EEN BRUG OVER DE MARK. De VOORZITTER: In dit voorstel is een fout geslopen. In het

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1975 | | pagina 358