15 MEI 1975
416
eens vertragend met betrekking tot de heropening van het gereconstru
eerde bad zou kunnen werken. Wij menen evenwel dat de bewoners er
alle recht op hebben kenbaar te maken hoe het zwembad naar hun me
ning moet worden ingericht. In nauw overleg met de bewoners moet
worden bepaald of de uitvoering goedkoop of duur zal moeten zijn. Als
dat de recónstructiewerkzaamheden in de weg staat is het duidelijk dat
juist daarom de heropening van het zwembad "het Ei" noodzakelijk is.
De heer Koertshuis vindt het niet juist om op het raadsbesluit
terug te komen en de fractie van de V. V. D. vindt openstelling van
"het Ei" op dit moment onaanvaardbaar, omdat de accommodatie en
het water slecht zijn. In eerste instantie heb ik daarover, mede naar
aanleiding van opmerkingen van de heer Lambregts, al iets gezegd.
De heer Koertshuis is ook van mening dat het bezoekersaantal dit jaar
nog lager dan 25. 000 zal worden, mede in verband met het zwembad
Breda-Noord. Ik ben zelf eens een kijkje bij dat laatste zwembad gaan
nemen. Inderdaad zijn de eerste tekenen van het bad duidelijk waar
neembaar, want er zijn al blauwe tegels gelegd, maar op de plaats
waar de ligweide zal moeten komen groeit het onkruid nog metershoog.
Er zal daar dus nog gras moeten worden gezaaid, reden waarom ik mag
aannemen dat er dit seizoen nog niet in het openluchtbad Breda-Noord
zal kunnen worden gezwommen. Een groot percentage van de bewoners
van de wijken Haagpoort en Gerardus Majella is niet in het bezit van
een auto, zodat zij met het openbaar vervoer naar "Wolfslaar" of
Breda-Noord zouden moeten gaan, wat voor hen onbetaalbaar zal zijn.
Door het raadsbesluit van augustus 1974 zijn derhalve alle recreatiemo
gelijkheden in die omgeving met één klap weggenomen.
De heer Koertshuis heeft voorts nog gezegd dat wij tegen de be
woners moeten durven zeggen dat er sneller een reconstructie van het
bad zal kunnen plaatsvinden als "het Ei" nu niet wordt heropend. Wij
zijn van mening dat de heropening moet plaatsvinden daar wij er niet
zeker van zijn wanneer met de reconstructiewerkzaamheden een aan
vang zal kunnen worden worden gemaakt. Als daarmee dit jaar nog een
begin kan worden gemaakt ontstaat er een andere situatie, maar dit
punt is in iedere commissievergadering aan de orde geweest, waarbij er
van de kant van de wethouder nog geen enkele zekerheid kon worden
gegeven wat uiteraard ook niet mogelijk was.
Op de opmerkingen van de heer Geene behoef ik niet in te gaan,
want het door hem gestelde zal met name bij het volgende punt aan de
orde komen. Het is zeker niet onze bedoeling de reconstructie te vertra
gen. Wij zijn integendeel vóór een snelle reconstructie, maar wij moe
ten wel weten waarmee dan kan worden begonnen.
Wethouder Van Graafeiland heeft gezegd dat wij in ons voorstel
onvolledige informatie met betrekking tot het besluit hebben verstrekt.
Voorts stelde hij dat de resultaten van het onderzoek van Monique tei
Berg al jaren bekend waren. Ik sta daar echter perplex van, want dit ad
vies, dat de dikte van een boekwerk heeft, is pas in december aan het
college overhandigd. Tijdens de voorlaatste commissievergadering heb
ik gevraagd of alle leden van de commissie van jeugd en sport in het
bezit van dat boek zouden kunnen komen.
Wat de dekking uit de pot voor de grote werken betreft zal ik
graag de heer Crul het woord geven.