19 JUNI 1975
459
digheden hier niet al te strak aan moet worden vastgehouden. Bovendien
zouden wij willen vragen of de wethouder een volgend besluit van deze
raad tot verlening van subsidie aan de werkgroep Richting mede afhan
kelijk zou willen maken van conclusies van de commissie-Claus.
Wethouder SANDBERG: Ik veroorloof mij allereerst een kleine
correctie in het preadvies aan te brengen. Het college pleegt veel stuk
ken ter visie te leggen en zulks aan te duiden met een sterretje. Om
een of andere onverklaarbare reden is echter ook een sterretje achter de
kosmopolitieke vormingswerker verschenen. Ik zou iedereen willen ver
zoeken dat sterretje in ieder geval te verwijderen, want de vormings
werker hebben wij niet ter visie gelegd.'
Er zijn enkele opmerkingen gemaakt, er zijn enkele vragen ge
steld en tenslotte is er naar ik meen reeds een definitieve mening ken
baar gemaakt. Ook ik zal mij enkele opmerkingen veroorloven en ik
zal trachten de vragen die gesteld zijn zo goed mogelijk te beantwoor
den; straks zullen wij wel zien in hoeverre dat de definitieve besluitvor
ming kan beïnvloeden.
De Stichting Werkgroep Richting is in onze stad bepaald geen
onbekende. Zij is in 1969 opgericht en zoals gebruikelijk hebben de ac
tiviteiten veel ups en downs laten zien, terwijl ook in de bestuurssamen
stelling in de afgelopen zes jaar wel enige mutaties hebben plaatsgevon
den. De doelstelling van de stichting, die de heer Visser uitvoerig heeft
geciteerd, vindt men in het preadvies. Met betrekking tot de vraag of
en, zo ja, hoe die doelstelling is geëffectueerd behoud ik mij het recht
voor enige terughoudendheid te betrachten. Voor degene aan wie de
werkgroep Richting minder bekend voorkomt, is één van haar activitei
ten --de Vredesweek -- zeker herkenbaar; hiervoor verleende de ge
meente bij de oprichting van de stichting in 1969 een subsidie.
Wat is er thans aan de orde? In 1972 heeft de werkgroep Richting
een onderzoek, dat door de wereldwinkel was gestart, overgenomen.
Dit onderzoek werd mogelijk gemaakt doordat de nationale commissie
ontwikkelingsstrategie 1970/1980 hiervoor het subsidie verleende. De
belangrijkste conclusie uit dat onderzoek was; er gebeurt in Breda veel
op het gebied van voorlichting, vorming, acties etc.maar er bestaat
een grote behoefte aan coördinatie en begeleiding omdat alles als los
zand aan elkaar hangt. Tal van instellingen bewegen zich op dit ter
rein; ik noem stichtingen, politieke partijen, kerken, werk- en actie
groepen. Met deze conclusies en bevindingen gewapend werd vervolgens
financiële steun gevraagd bij de landelijke overheid voor het aantrek
ken van een beroepskracht. Inmiddels zijn wij zo ver dat de landelijke
overheid, haar verantwoordelijkheid in dezen erkennende, subsidie heeft
gegeven en thans de geldmiddelen beschikbaar heeft gesteld om een
dergelijke kracht aan te trekken.
Hierbij maak ik de kanttekening dat intussen ook het bisdom
Breda een dergelijke functionaris in dienst heeft Caritas --, die
zich echter in de eerste plaats op het gehele gebied van het bisdom
dient te richten terwijl hij zich tevens bezighoudt met meer kerkelijk
opererende groepen zoals Kerk en Samenleving. Ook de werkgemeen
schap van kerken heeft laten weten dat er dringende behoefte bestaat
aan een soortgelijke functionaris, die haar medewerkers kan steunen
eh aanvullen.