506
19 JUNI 1975
ciële steun van de rijksoverheid onverhoopt tekort schiet?
De heer WELSCHEN: Kortgeleden hebben wij de Wereldmilieu-
dag gehad. De gemeente Breda was van mening dat aan die dag aan
dacht moest worden besteed door een berg vuil op de Markt te storten,
maar zij had daarmee niet zo razend veel succes bij de burgers. Dit
is een activiteit die veel lijkt op de actie-straatvegen die verleden
jaar de milieuweek sierde. De gemeente blijkt nog steeds niet te be
seffen dat straatvervuiling, hoewel op zichzelf belangrijk, toch maar
een zeer klein onderdeel is van de gehele milieuproblematiek. De
burgers zullen de zin van deze acties niet zo goed inzien wanneer
niet tevens duidelijk wordt gemaakt waarom bijvoorbeeld industrieën
als Hoechst in de buurt van zeer grote woonwijken als Breda-Noord
en de Haagse Beemden kunnen uitbreiden. Wanneer aan kleine details
en niet aan grote onderdelen aandacht wordt besteed, zal het milieu
beleid hier mijns inziens niet goed van de grond komen.
Naar aanleiding van deze opmerking zou ik de vraag willen
stellen of het college nog van plan is in de nabije toekomst aandacht
te besteden aan het door P. v. d. A. /P. P.R. ingediende milieuvoorstel.
Hierbij dient te worden opgemerkt dat dit voorstel wellicht nauwelijks
ter kennis van het college is gekomen omdat het door de acties van
C.D. A. en V. V. D. in deze raad niet ter sprake is geweest. In dit ver
band verwijs ik naar de opmerking die de heer Geene bij die gelegen
heid maakte; hij heeft namelijk het voorstel voor preadvisering naar
het college verwezen. Onze vraag is; kunnen wij op korte termijn op
behandeling rekenen? Heel kort samengevat: hoe staat het met ons mi
lieuvoorstel, komt er nog wat van?
De heer GEENE: De gemeente Breda heeft het geschil omtrent
de overname van de zuiveringsinstallatie door het waterschap West-
-Brabant aan de Kroon voorgelegd. De uitspraak van de Kroon is mijns
inziens voor Breda van ontstellend groot belang. Ik kan mij dan ook
voorstellen dat vele raadsleden de zitting, waarin dit onderwerp aan de
orde zal komen, graag zullen bijwonen. Ik acht het zelfs van groot
nut dat de leden van de raad van Breda in groten getale bij de zitting
aanwezig zijn en daardoor het belang voor Breda onderstrepen. Met
het oog hierop verzoek ik het college ons te laten weten wanneer deze
zaak zal worden behandeld en vervolgens zorg te dragen voor vervoer
van raadsleden naar Den Haag. Tevens verzoek ik het college de grif
fier te laten weten dat wij komen, zodat hij niet met plaatsgebrek
heeft te kampen als er plotseling een bus met Bredanaars stopt.'
De heer VAN DUIJL: Ik wil enkele vragen stellen die verband
houden met het milieu. Bewoners hebben mij erop attent gemaakt dat
bij het kruispunt Nieuwe Kadijk/Kapittelweg en bij de wegen die de
Cornelis Joosstraat kruisen de beplanting fors in de hoogte is geschoten,
zodat het uitzicht gevaar loopt. Ik zou willen vragen de beplanting
enigszins in te snoeien, zodat het gevaar voor het kruisende verkeer
wordt weggenomen. Voorts heeft mij een klacht van de bewoners van
de Pieter Huysersstraat bereikt; zij zien in het daar aanwezige plant
soen alleen onkruid terwijl de beplanting niet meer waarneembaar is.
Ik zou willen vragen daar iets aan te doen.