14 AUGUSTUS 1975 534 milieuaspect van het totale Biesbosch-gebied. Onze fractie deelt de op vattingen van uw college zoals deze in grote lijnen in uw voorstel zijn aangegeven en welke betrekking hebben op te vermelden bestemmingen, die gegeven zijn aan de drie onderscheiden gebieden: het hart van De Biesbosch, noord- en oostwaarts en het aakvlaaigebied. Onze fractie on dersteunt de mening dat beide aspecten een eigen waarde hebben en dat zowel het behoud van het Biesboschmilieu als de recreatie-ontwikkeling voldoende tot zijn recht moet komen. Wij vinden dat dit op de juiste wijze is geschied in de verdeling, zoals die in uw collegevoorstel is aan gegeven. Wat dat betreft delen wij uw visie geheel. Wel heb ik de in druk gekregen dat deze visie, voor zover die de verhouding tussen mi lieu en recreatie betreft, niet dezelfde is als die van een aantal andere gemeenten die ook aan het recreatieschap deelnemen. Zij immers zou den de recreatie-ontwikkeling een veel zwaarder accent willen geven. Onze fractie meent dat deze overaccentuering moet worden tegengegaan en in dit verband verzoeken wij de twee vertegenwoordigers van de raad in het schap ons juist op dit punt tijdig de nodige informatie te verschaf fen omtrent de menings- en besluitvorming dienaangaande in het schap. Het tweede aspect is het vierde spaarbekken. Het is voor onze fractie moeilijk daar op dit moment een oordeel over uit te spreken, maar wel kunnen wij nu reeds de achtergronden etaleren die bij een e- ventuele besluitvorming hierover zouden moeten gelden. Wij vinden dat dit gebied door de typische situering van de Biesbosch bij uitstek in aan merking komt en gebruikt zal moeten worden als waterwingebied, maar eerst nadat berekend en keihard is aangetoond dat de aanleg van een vierde spaarbekken alleszins noodzakelijk is. Wij zouden dan ook willen adviseren met de eventuele aanleg zo lang mogelijk te wachten. Het derde aspect zijn de korte termijn-maatregelen. Hoewel wij het eens kunnen zijn met de door uw college geformuleerde korte ter mijn-maatregelen geeft dit onze fractie toch aanleiding haar grootste zorg hierover uit te spreken. Wij zijn bijzonder ongerust over de daad werkelijke uitvoering van deze maatregelen. Tot nu toe hebben wij nog niets kunnen merken van de maatregelen die ook uw college voorstaat en die ons inziens al lang al of niet gedeeltelijk geëffectueerd zouden moeten zijn. Het alleen kenbaar maken van maatregelen, zoals uw col lege in zijn voorstel doet, is voor onze fractie onvoldoende vergaand. Wij vinden dat deze maatregelen het recreatieschap met meer toelich ting en de nodige nadruk moeten bereiken. In het bijzonder doelen wij hier op drie dingen, namelijk a. de naleving van de gebruiksvoorschrif ten van het bestemmingsplan; b. de voorlichting en c. het toezicht c. q. de controle. Wij vinden dat hieraan onvoldoende wordt gedaan; er zijn wel concrete gebruiksvoorschriften uit het bestemmingsplan, doch de naleving hiervan door de diverse gemeenten is er nog niet. Wij vragen ons af welke bevoegdheden het schap in dezen heeft en of er, indien de ze onvoldoende zijn, niet meer bevoegdheden aan het recreatieschap zouden moeten worden overgedragen. Ten aanzien van de voorlichting zijn wij van mening dat ook hier veel meer aan gedaan zou kunnen wor den, met name ten aanzien van de vraag hoe De Biesbosch door de be zoekers gebruikt dient te worden. Wij zijn ervan overtuigd dat een goe de voorlichting de nodige positieve effecten zal hebben en het heeft ons dan ook verbaasd dat een uitgegeven voorlichtingsfolder- ik heb hem hier voor mij liggen- plotseling om een voor ons duistere reden is

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1975 | | pagina 534