547 14 AUGUSTUS 1975 hetzelfde ten aanzien van andere panden gebeurt. Ik meen dat dit alle maal binnen de orde is. De VOORZITTER: Ik begrijp dat u een voorstel wilt doen. De heer BRUMMELKAMP: Ik heb een motie die ik graag even wil voorlezen. "De raad der gemeente Breda, bijeen op donderdag 14 augustus 1975, gezien het voorstel van burgemeester en wethouders tot onbe woonbaarverklaring van de woning Prinsenkade 9, overwegende dat het betreffende pand zowel op zich als wel als onderdeel van het beschermd stadsgezicht een bijzondere waar de heeft, overwegende dat het behoud van dit pand, van de andere monu menten en van panden die deel uitmaken van het beschermd stadsgezicht van het grootste belang is, verzoekt het college van burgemeester en wethouders: 1. al het mogelijke te doen om het pand Prinsenkade 9 voor verder verval te behoeden; 2. ten aanzien van bewoonde monumenten een actiever aan- schrijvingsbeleid te voeren; 3. zo spoedig mogelijk die maatregelen voor te bereiden, die de raad dient te nemen in het kader van de aanwijzing tot beschermd stadsgezicht. Voldoende ondersteund zijnde maakt de motie van de heer Brummelkamp mede onderwerp van de beraadslagingen uit. De VOORZITTER: De motie van de heer Brummelkamp moet worden gefotokopieerd en zij moet natuurlijk ook even beoordeeld kun nen worden. Misschien vindt de heer Brummelkamp het goed dat de be antwoording tot na de pauze wordt uitgesteld. Agendapunt 12 komt na de pauze dus weer aan de orde; de eerste termijn is dan afgesloten. 13. bijlage nr. 222 VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT ONBE WOONBAARVERKLARING VAN EEN WONING. Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voorstel van burgemeester en wethouders besloten. 14. bijlage nr. 223 VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT VAST STELLING VAN DE UITGIFTEPRIJZEN VAN GRONDEN VOOR 1975. De heer CRUL: Over dit voorstel zou ik vooraf twee opmerkingen willen maken. In verband met de vakanties en andere belangrijke din gen heeft het in onze federatieve fractie aan tijd ontbroken om overleg te plegen. Wat wij nu dan ook over dit voorstel gaan zeggen is nog niet aan de orde geweest in de commissie openbare werken, waar het onder-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1975 | | pagina 547