14 AUGUSTUS 1975
578
Wethouder VAN GRAAFEILAND:Misschien mag ik de heer
Beckers dan de rest van het zinnetje voorlezen: die in principe
voor elk centrum gelijk is". Als een centrum dus een aantal werkeen
heden doch slechts vijf leidsters heeft wordt het natuurlijk niet volledig
gesubsidieerd, want hier wordt uitgegaan van een principegelijkheid.
Vervolgens heeft de heer Beckers nog gevraagd waarom er geen
contact met de S.A.D. en het onderwijs is opgenomen. Hij is er uitge
breid van op de hoogte dat die contacten waar mogelijk zijn gelegd;
hij is er ook van op de hoogte dat het ons inziens op dit moment niet
verstandig is om peuterspeelzalen naar de sector onderwijs over te heve
len omdat er eerst eens wat meer duidelijkheid moet komen over de
landelijke visie op de plaats van het peuterspeelzalenwerk in het totaal
van het onderwijs. Ik wil de heer Beckers dan ook verwijzen naar de
hoofdlijnen van het beleid van dit college, dat wat dit betreft vrij dui
delijk is.
De heer BECKERS-.De kinderen moeten naar bed en daarom zal
ik het kort houden. Ik kan volstaan met twee opmerkingen naar aanlei
ding van de reactie van de wethouder. In de eerste plaats delen zijl op
vatting en die van de andere leden van de raad, dat het uiteraard op
dit moment niet reëel zou zijn wanneer slechts vier van de vijftien kin
dercentra door de gemeente gesubsidieerd zouden worden. Integendeel,
wij vinden dat iedereen in gelijke mate op steun van de overheid mag
rekenen, maar dat impliceert dan wel dat de vier speelzalen die gemid
deld al zo'n 10. 000, -- subsidie hebben gekregen ook wat dat betreft
historische rechten hebben en dat men het begrotingsbedrag eigenlijk
naar rato zou moeten verhogen. Naarmate het aantal kindercentra toe
neemt zou ook het bedrag op de begroting moeten stijgen.
In de tweede plaats is mij nog steeds niet helemaal duidelijk
wat nu de rol van de exploitatie is. De wethouder heeft gezegd dat de
speelzaal in Breda-oost natuurlijk niet wordt uitgesloten wanneer deze
met allerlei maatregelen tot het verkrijgen van een sluitende exploita
tie komt, maar hier staat toch zwart op wit dat alleen die kindercentra
zullen worden gesubsidieerd die zonder tekorten weten te exploiteren.
Ik heb de wethouder ook een toelichting op de daarop volgende zin in
het stuk gevraagd, want ik heb de indruk dat daarin het woordje "niet"
ontbreekt. In dat geval zou de zin wat begrijpelijker zijn.
Ik moet er toch weer op wijzen dat de sluitende exploitatie
een onjuist criterium is, want wanneer een bepaalde peuterspeelzaal de
tarieven laag wil houden om zo min mogelijk drempels voor de ouders
op te werpen en wanneer men de honorering van de leidsters wat wil
verhogen leidt dat ongetwijfeld tot een ongunstige exploitatie. Op dat
moment zou de gemeente volgens deze tekst niet meer gaan subsidiëren
omdat de exploitatie zich in ae rode cijfers bevindt en ik vind dat on
juist. Het criterium van de exploitatie vind ik geen uitgangspunt en ik
ben dan ook van opvatting dat men een aantal andere normen moet ont
wikkelen op grond waarvan men al of niet tot subsidiëring overgaat.
Misschien zou de wethouder in tweede instantie ook op de mo
tie kunnen reageren; ik ben er van overtuigd dat wij elkaar op de mees
te punten wel zullen vinden.